Einde inhoudsopgave
Wet vergoedingen leden Eerste Kamer
Artikel 10
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2024
- Bronpublicatie:
12-12-2023, Stcrt. 2023, 33221 (uitgifte: 13-12-2023, regelingnummer: 2023-0000707612)
- Inwerkingtreding
01-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
12-12-2023, Stcrt. 2023, 33221 (uitgifte: 13-12-2023, regelingnummer: 2023-0000707612)
- Vakgebied(en)
Ambtenarenrecht / Arbeidsvoorwaarden
Staatsrecht / Wetgeving
1.
Kamerleden ontvangen een bedrag van € 4.607,09 per jaar waarmee zij voorzieningen kunnen treffen ter zake van arbeidsongeschiktheid, ouderdom en overlijden.
2.
Het bedrag, genoemd in het eerste lid, wordt jaarlijks bij ministeriële regeling gewijzigd met inachtneming van de procentuele wijzigingen, bedoeld in artikel 9, in het voorafgaande jaar en van wijzigingen in dat jaar van berekeningselementen van de bedragen, die op grond van artikel 106, eerste lid, van de Algemene pensioen- en uitkeringswet politieke ambtsdragers worden ingehouden, ter zake van aanspraken bij arbeidsongeschiktheid, ouderdom en overlijden, op de schadeloosstelling van een lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal.