Einde inhoudsopgave
Overeenkomst ter uitvoering van het tussen de Regeringen van de Staten van de Benelux Economische Unie, de Bondsrepubliek Duitsland, en de Franse Republiek op 14 juni 1985 te Schengen gesloten akkoord betreffende de geleidelijke afschaffing van de controles aan de gemeenschappelijke grenzen
Artikel 62 [Stuiting van verjaring]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2004
- Redactionele toelichting
Met ingang van 01-01-2004 zijn de overeenkomstige bepalingen die in de betrekkingen tussen de EU-lidstaten van toepassing zijn op basis van art. 31 van het Kaderbesluit 2002/584/JBZ, vervangen door dat besluit.
- Bronpublicatie:
13-06-2002, PbEG 2002, L 190 (uitgifte: 18-07-2002, regelingnummer: 2002/584/JBZ)
- Inwerkingtreding
01-01-2004
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
13-06-2002, PbEG 2002, L 190 (uitgifte: 18-07-2002, regelingnummer: 2002/584/JBZ)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
Douane (V)
1.
Op stuiting van de verjaring zijn uitsluitend de voorschriften van de verzoekende Overeenkomstsluitende Partij van toepassing.
2.
Een door de aangezochte Overeenkomstsluitende Partij verleende amnestie vormt geen beletsel voor uitlevering, tenzij het strafbare feit onder de rechtsmacht van deze Partij valt.
3.
Het ontbreken van een klacht of een machtiging tot instelling van strafvordering, welke uitsluitend naar het recht van de aangezochte Overeenkomstsluitende Partij vereist is, laat de verplichting tot uitlevering onverlet.