Richtlijn 95/60/EG betreffende het merken van gasolie en kerosine voor fiscale doeleinden
Artikel 2
Geldend
Geldend vanaf 26-12-1995
- Bronpublicatie:
27-11-1995, PbEG 1995, L 291 (uitgifte: 06-12-1995, regelingnummer: 95/60/EG)
- Inwerkingtreding
26-12-1995
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
27-11-1995, PbEG 1995, L 291 (uitgifte: 06-12-1995, regelingnummer: 95/60/EG)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
Vervoersrecht / Algemeen
1.
De merkstof bestaat uit een welbepaalde combinatie van chemische additieven die uiterlijk vóór de uitslag tot verbruik van de betrokken minerale oliën onder toezicht van de belastingautoriteiten worden toegevoegd.
Daarbij gelden de volgende bepalingen:
- —
de Lid-Staten kunnen bij rechtstreekse levering met schorsing van belasting buiten een belastingentrepot, vanuit een andere Lid-Staat, eisen dat de merkstof wordt toegevoegd voordat het produkt het belastingentrepot van verzending verlaat;
- —
de Lid-Staten die deze maatregel voor 1 januari 1996 nemen mogen in bepaalde uitzonderlijke gevallen of situaties toestaan dat de merkstof na de uitslag tot verbruik van de desbetreffende minerale oliën onder toezicht van de belastingautoriteiten wordt toegevoegd. Iedere Lid-Staat die deze maatregel toepast, stelt de Commissie daarvan in kennis. De Commissie brengt de andere Lid-Staten op de hoogte van deze maatregel. In dat geval kunnen de Lid-Staten overgaan tot teruggave van de accijns die bij de uitslag tot verbruik was betaald;
- —
Denemarken mag de toevoeging van de merkstof uiterlijk tot het moment van verkoop op het laagste detailhandelsniveau uitstellen, mits de goederen aan fiscale controle onderworpen blijven.
2.
De te gebruiken merkstof wordt ontwikkeld overeenkomstig de procedure van artikel 24 van Richtlijn 92/12/EEG.