Einde inhoudsopgave
Luchtvaartwet
Artikel 64 [Ontzegging bedieningsbevoegdheid]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-1993
- Redactionele toelichting
Abusievelijk is bij de wijzigingsopdracht de interpunctie niet aangepast.
- Bronpublicatie:
18-06-1992, Stb. 1992, 368 (uitgifte: 16-07-1992, kamerstukken: Staten-Generaal Digitaal: 21993 Overheid.nl: 21993)
- Inwerkingtreding
01-01-1993
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
21-12-1992, Stb. 1992, 726 (uitgifte: 01-01-1992, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Financiën
Ministerie van Justitie
Ministerie van Defensie
- Vakgebied(en)
Vervoersrecht / Luchtvervoer
1.
Bij veroordeling wegens overtreding van:
- a.
een van de artikelen 4, 8, en 17,
- b.
een voorschrift van een krachtens deze wet vastgestelde algemene maatregel van bestuur, kan de schuldige de bevoegdheid een luchtvaartuig te bedienen voor ten hoogste drie jaren worden ontzegd.
2.
Bij toepassing van het bepaalde in het eerste lid verliest een aan de veroordeelde afgegeven bewijs van bevoegdheid of van gelijkstelling zijn geldigheid voor de duur van de ontzegging, zodra de rechterlijke uitspraak, voor wat betreft deze bijkomende straf, voor tenuitvoerlegging vatbaar is geworden. De betrokken ambtenaar van het Openbaar Ministerie brengt dit onverwijld ter kennis van Onze Minister, die daarvan aankondiging doet in de Staatscourant.