Verdrag inzake de betekening en de kennisgeving in het buitenland van gerechtelijke en buitengerechtelijke stukken in burgerlijke en in handelszaken
Einde inhoudsopgave
Verdrag inzake de betekening en de kennisgeving in het buitenland van gerechtelijke en buitengerechtelijke stukken in burgerlijke en in handelszaken:artikel 18
Verdrag inzake de betekening en de kennisgeving in het buitenland van gerechtelijke en buitengerechtelijke stukken in burgerlijke en in handelszaken
Artikel 18 [Andere autoriteiten naast centrale autoriteit]
Geldend
Documentgegevens:
Geldend vanaf 10-02-1969
- Bronpublicatie:
15-11-1965, Trb. 1969, 55 (uitgifte: 08-04-1969, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
10-02-1969
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
15-11-1965, Trb. 1969, 55 (uitgifte: 08-04-1969, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal privaatrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
Iedere Verdragsluitende Staat kan naast de centrale autoriteit andere autoriteiten aanwijzen, wier bevoegdheden door die Staat worden geregeld.
2.
De aanvrager heeft echter steeds het recht zich rechtstreeks tot de centrale autoriteit te wenden.
3.
Bondsstaten zijn bevoegd meer dan een centrale autoriteit aan te wijzen.
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.