Einde inhoudsopgave
Paspoortuitvoeringsregeling Buitenland 2001
Artikel 107 Beveiligingsprocedure en beveiligingsfunctionaris
Geldend
Geldend vanaf 05-11-2016
- Bronpublicatie:
28-10-2016, Stcrt. 2016, 59294 (uitgifte: 04-11-2016, regelingnummer: 2016-0000605622)
- Inwerkingtreding
05-11-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
28-10-2016, Stcrt. 2016, 59294 (uitgifte: 04-11-2016, regelingnummer: 2016-0000605622)
- Vakgebied(en)
Privacy / Bijzondere onderwerpen
Bestuursrecht algemeen / Toezicht
Staatsrecht / Nationaliteitsrecht
Internationaal publiekrecht / Diplomatiek en consulair recht
1.
De Minister van Buitenlandse Zaken beschikt per locatie over een op schrift gestelde beveiligingsprocedure. In deze beveiligingsprocedure worden in ieder geval maatregelen vastgelegd inzake:
- a.
de ontvangst, het transport, de bewaring en het beheer van de ontvangen reisdocumenten, de ingehouden reisdocumenten, de apparatuur, de programmatuur, de documentatie en de overige materialen;
- b.
de verantwoordelijkheden van de beveiligingsfunctionaris als bedoeld in het derde lid;
- c.
de functiescheiding tussen de bij het beheer en de uitreiking van de reisdocumenten en bijschrijvingsstickers betrokken functionarissen;
- d.
de beveiliging van het aanvraagsysteem reisdocumenten, onder meer gericht op het voorkomen van onbevoegde toegang of gebruik van gegevens die in het systeem of tot het systeem behorende opslagmedia zijn opgenomen.
2.
Vervallen.
3.
De Minister van Buitenlandse Zaken wijst per locatie een beveiligingsfunctionaris aan die belast is met het beheer van en het toezicht op de naleving van de beveiligingsprocedure.
4.
Vervallen.
5.
De functie van beveiligingsfunctionaris is niet verenigbaar met het verrichten van andere handelingen ter uitvoering van de wet.
6.
De taken en verantwoordelijkheden van de beveiligingsfunctionaris worden vastgelegd in een functieomschrijving.
7.
De Minister van Buitenlandse Zaken draagt er zorg voor dat de beveiligingsfunctionaris in staat wordt gesteld alle handelingen te verrichten die uit zijn taak voortvloeien.
8.
De beveiligingsfunctionaris is rechtstreeks verantwoording verschuldigd aan de Minister van Buitenlandse Zaken.
9.
De maatregelen bedoeld in het eerste tot en met het achtste lid maken deel uit van de reguliere accountantscontrole.
10.
De Minister van Buitenlandse Zaken draagt er zorg voor, dat de bij de uitvoering van de wet betrokken personen regelmatig worden geïnformeerd over ontvreemdingsrisico's en ten minste één maal per jaar worden geïnstrueerd met betrekking tot risicobeperkende afspraken en maatregelen terzake.