Einde inhoudsopgave
Leidraad Invordering 2008
25.3.2 Berekening van het uit te betalen bedrag bij uitstel
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2018
- Bronpublicatie:
20-06-2018, Stcrt. 2018, 35709 (uitgifte: 29-06-2018, regelingnummer: 2018-11358)
- Inwerkingtreding
01-07-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-06-2018, Stcrt. 2018, 35709 (uitgifte: 29-06-2018, regelingnummer: 2018-11358)
- Vakgebied(en)
Invordering (V)
Bij het verzoek om uitstel moet een berekening van het uit te betalen bedrag zijn gevoegd. Als dit ontbreekt of onvoldoende is gemotiveerd, geeft de ontvanger de belastingschuldige een termijn van ten hoogste een maand om alsnog zijn verzoek (nader) te motiveren. De termijn begint te lopen vanaf de dagtekening van de kennisgeving van de ontvanger dat de belastingschuldige zijn verzoek (nader) moet motiveren. De invordering wordt voor die termijn geschorst.
Een langere termijn (of verlenging van de eerder gegeven termijn) is mogelijk als de ontvanger van oordeel is dat dit redelijk is. Als de belastingschuldige de verleende termijn ongebruikt voorbij laat gaan, wijst de ontvanger het verzoek om uitstel af.