Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2019/126 tot oprichting van het Europees Agentschap voor de veiligheid en de gezondheid op het werk (EU-OSHA) en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 2062/94 van de Raad
Artikel 4 Samenstelling van de raad van bestuur
Geldend
Geldend vanaf 20-02-2019
- Bronpublicatie:
16-01-2019, PbEU 2019, L 30 (uitgifte: 31-01-2019, regelingnummer: 2019/126)
- Inwerkingtreding
20-02-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
16-01-2019, PbEU 2019, L 30 (uitgifte: 31-01-2019, regelingnummer: 2019/126)
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Arbeidsomstandigheden en beroepsschade
EU-recht / Instituties
1.
De raad van bestuur bestaat uit:
- a)
een lid per lidstaat dat de regering van die lidstaat vertegenwoordigt;
- b)
een lid per lidstaat dat de werkgeversorganisaties van die lidstaat vertegenwoordigt;
- c)
een lid per lidstaat dat de werknemersorganisaties van die lidstaat vertegenwoordigt;
- d)
drie leden die de Commissie vertegenwoordigen;
- e)
een door het Europees Parlement benoemde onafhankelijke deskundige.
Elk van de onder a) tot en met d) bedoelde leden is stemgerechtigd.
De onder a), b) en c) bedoelde leden worden door de Raad benoemd uit de gewone en de plaatsvervangende leden van het Raadgevend Comité voor veiligheid en gezondheid op de arbeidsplaats.
De onder a) bedoelde leden worden op voordracht van de lidstaten benoemd. De onder b) en c) bedoelde leden worden op voordracht van de woordvoerders van de respectieve groepen in het Raadgevend Comité voor veiligheid en gezondheid op de arbeidsplaats benoemd.
De in de vierde alinea bedoelde voordrachten worden aan de Raad voorgelegd en ter informatie naar de Commissie gestuurd.
De onder d) bedoelde leden worden door de Commissie benoemd.
De onder e) bedoelde deskundige wordt door de bevoegde commissie van het Europees Parlement benoemd.
2.
Ieder lid van de raad van bestuur heeft een plaatsvervanger. De plaatsvervanger vertegenwoordigt het lid indien het afwezig is. De plaatsvervangers worden benoemd overeenkomstig lid 1.
3.
De leden van de raad van bestuur en hun plaatsvervangers worden voorgedragen en benoemd op grond van hun kennis op het gebied van veiligheid en gezondheid op het werk, met inachtneming van hun relevante vaardigheden zoals bestuurlijke, administratieve en budgettaire vaardigheden en deskundigheid op gebied van de kerntaken van het EU-OSHA, om een doeltreffende toezichthoudende rol te vervullen. Alle partijen in de raad van bestuur trachten het verloop van hun vertegenwoordigers te beperken om de continuïteit van de werkzaamheden van de raad van bestuur te waarborgen. Alle partijen streven naar een evenwichtige vertegenwoordiging van vrouwen en mannen in de raad van bestuur.
4.
Elk lid en elke plaatsvervanger ondertekent bij ambtsaanvaarding een schriftelijke verklaring dat betrokkene niet in een situatie van belangenconflict verkeert. Elk lid en elke plaatsvervanger actualiseert zijn verklaring wanneer zich een verandering in de omstandigheden betreffende het belangenconflict voordoet. Het EU-OSHA publiceert de verklaringen en de geactualiseerde versies op zijn website.
5.
De leden en de plaatsvervangers worden voor vier jaar benoemd. Die termijn kan worden verlengd. Na afloop van hun ambtstermijn of in het geval van aftreden blijven de leden van de raad van bestuur en de plaatsvervangers tot hun herbenoeming of vervanging in functie.
6.
In de raad van bestuur vormen de vertegenwoordigers van de regeringen, van de werkgeversorganisaties en van de werknemersorganisaties ieder een afzonderlijke groep. Elke groep wijst een coördinator aan om de besprekingen in de groep en tussen de groepen efficiënter te maken. De coördinatoren van de groep werkgevers en van de groep werknemers zijn vertegenwoordigers van hun respectieve Europese organisaties en kunnen worden aangewezen uit de benoemde leden van de raad van bestuur. Coördinatoren die geen benoemde leden van de raad van bestuur overeenkomstig lid 1 zijn, wonen de vergaderingen van de raad van bestuur zonder stemrecht bij.