Einde inhoudsopgave
Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden
Artikel 87 Stillegging van activiteiten
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2009
- Bronpublicatie:
25-06-2009, Stb. 2009, 265 (uitgifte: 30-06-2009, kamerstukken: 31124)
- Inwerkingtreding
01-07-2009
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-06-2009, Stb. 2009, 266 (uitgifte: 30-06-2009, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer
- Vakgebied(en)
Natuurbeschermingsrecht / Soortenbescherming
Agrarisch recht (V)
1.
De ingevolge artikel 82 aangewezen ambtenaren zijn, indien naar hun redelijk oordeel ernstig gevaar voor personen, planten, dieren of het milieu bestaat, bevoegd mondeling of bij gedagtekend schrijven te bevelen dat:
- a.
door hen aan te wijzen werkzaamheden met betrekking tot gewasbeschermingsmiddelen of biociden of met betrekking tot met die middelen behandelde gebouwen, plaatsen of voorwerpen worden gestaakt dan wel niet worden aangevangen en
- b.
in of op door hen aan te wijzen plaatsen geen personen mogen verblijven.
2.
Een mondeling bevel wordt zo snel mogelijk schriftelijk bevestigd aan degene die verantwoordelijk is voor de aangewezen werkzaamheden of voor de gang van zaken in of op de aangewezen plaats.
3.
Degene tot wie een bevel als bedoeld in het eerste lid is gericht, is verplicht de inhoud van dat bevel ter kennis te brengen van een ieder wie het bevel aangaat.
4.
Zodra naar het oordeel van de ambtenaar die een bevel als bedoeld in het eerste lid heeft gegeven, geen ernstig gevaar meer aanwezig is, trekt deze het bevel in.
5.
Degene die een bevel als bedoeld in het eerste lid heeft gegeven, is bevoegd met betrekking tot dat bevel de nodige maatregelen te treffen, met inbegrip van oplegging van een last onder bestuursdwang, de nodige aanwijzingen te geven en zo nodig de hulp van de sterke arm in te roepen.
6.
Ieder wie het aangaat is verplicht zich te gedragen overeenkomstig een krachtens dit artikel gegeven bevel of aanwijzing.