Einde inhoudsopgave
Wet maatregelen huurwoningmarkt Caribisch Nederland
Artikel 1.15
Geldend
Geldend vanaf 01-04-2021
- Redactionele toelichting
In werking getreden voor het openbaar lichaam Bonaire.
- Bronpublicatie:
19-04-2017, Stb. 2017, 189 (uitgifte: 12-05-2017, kamerstukken: 34523)
- Inwerkingtreding
01-04-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-03-2021, Stb. 2021, 163 (uitgifte: 31-03-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Veiligheid en Justitie
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Alternatieve geschillenbeslechting
Huurrecht / Huur van woonruimte
Huurrecht / Huurprijzen
1.
In geval van een verzoek als bedoeld in artikel 7a:1603b van het Burgerlijk Wetboek BES spreekt de huurcommissie tevens uit of zij van oordeel is dat de overeengekomen huurprijs of de op grond van artikel 1.14, derde lid, redelijk geachte huurprijs, gelet op de gebreken ten aanzien van de woonruimte, in rekening dient te worden gebracht. Indien de huurcommissie van oordeel is dat die huurprijs, gelet op de gebreken, niet in rekening dient te worden gebracht, geeft zij deze gebreken in de uitspraak aan en vermeldt zij een in verhouding tot die gebreken lagere huurprijs als de in rekening te brengen huurprijs.
2.
Bij eilandsverordening worden regels gegeven die de huurcommissie bij de beoordeling van de redelijkheid van de in rekening te brengen huurprijs in acht neemt.
3.
De huurcommissie vermeldt in de uitspraak de datum van ingang van de in rekening te brengen lagere huurprijs, zijnde de ingangsdatum van de huurovereenkomst.
4.
De huurcommissie bepaalt in de uitspraak dat, nadat de in die uitspraak genoemde gebreken zijn verholpen, de in rekening te brengen lagere huurprijs niet meer van toepassing is met ingang van de eerste dag van de maand, volgend op die waarin de opheffing van die gebreken heeft plaatsgevonden.
5.
Indien tussen huurder en verhuurder geen overeenstemming bestaat over het al dan niet verholpen zijn van de gebreken, doet de huurcommissie daarover op verzoek van de verhuurder uitspraak. In voorkomend geval geeft zij daarbij aan in welke maand de opheffing heeft plaatsgevonden.