Einde inhoudsopgave
Verdrag inzake de betekening en de kennisgeving in het buitenland van gerechtelijke en buitengerechtelijke stukken in burgerlijke en in handelszaken
Artikel 13 [Weigering van medewerking aan betekening etc.]
Geldend
Geldend vanaf 10-02-1969
- Bronpublicatie:
15-11-1965, Trb. 1969, 55 (uitgifte: 08-04-1969, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
10-02-1969
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
15-11-1965, Trb. 1969, 55 (uitgifte: 08-04-1969, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal privaatrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
De uitvoering van een aanvrage om betekening of kennisgeving overeenkomstig de bepalingen van dit Verdrag kan alleen worden geweigerd indien de aangezochte Staat oordeelt dat hierdoor inbreuk zou worden gemaakt op zijn soevereiniteit of veiligheid.
2.
De uitvoering kan niet worden geweigerd op de enkele grond dat de wet van de aangezochte Staat ten aanzien van de zaak waarop de aanvrage betrekking heeft, uitsluitende rechtsmacht voor die Staat opeist, dan wel een rechtsvordering als waarop de aanvrage betrekking heeft, niet toekent.
3.
Van de weigering een aanvrage uit te voeren stelt de centrale autoriteit de aanvrager, met vermelding van de redenen, onverwijld in kennis.