Einde inhoudsopgave
Uitvoeringsregeling BTW-compensatiefonds
Artikel 9 Herziening bij levering
Geldend
Geldend vanaf 09-01-2010
- Bronpublicatie:
17-12-2009, Stcrt. 2010, 175 (uitgifte: 07-01-2010, regelingnummer: PBTW2002/61)
- Inwerkingtreding
09-01-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
17-12-2009, Stcrt. 2010, 175 (uitgifte: 07-01-2010, regelingnummer: PBTW2002/61)
- Vakgebied(en)
Omzetbelasting (V)
Omzetbelasting / Aftrek en teruggaaf
Omzetbelasting / Belastingplichtige en -schuldige
1.
Indien een goed als bedoeld in artikel 8, eerste lid, onderdeel a, in het kalenderjaar van aanschaf, of ingebruikneming, dan wel binnen de in artikel 8, tweede lid, bedoelde herzieningsperiode, al dan niet als ondernemer wordt geleverd, wordt het publiekrechtelijk lichaam of regionaal openbaar lichaam geacht dat goed vanaf het tijdstip van levering tot aan het einde van de vorenbedoelde herzieningsperiode te gebruiken voor activiteiten waarvoor geen recht op compensatie bestaat.
2.
Indien een goed als bedoeld in artikel 8, eerste lid, onderdeel b, in het kalenderjaar van aanschaf, dan wel van ingebruikneming, al dan niet als ondernemer wordt geleverd, wordt het publiekrechtelijk lichaam of regionaal openbaar lichaam geacht dat goed vanaf het tijdstip van levering tot aan het einde van dat jaar te gebruiken voor activiteiten waarvoor geen recht op compensatie bestaat.
3.
De herziening bedoeld in het eerste en tweede lid blijft achterwege als het goed wordt overgedragen aan een lichaam als bedoeld in artikel 1, eerste lid, letters c en d, van de Wet op het BTW-compensatiefonds en dat lichaam het goed blijft gebruiken voor handelingen waarvoor recht op compensatie bestaat. In dat geval wordt het overnemende lichaam geacht in de plaats te treden van het overdragende lichaam wat betreft de herziening van het recht op bijdrage voor dat goed.
4.
De herziening geschiedt in één keer bij de opgaaf over het kalenderjaar waarin de levering plaatsvindt.