Einde inhoudsopgave
Besluit rechtspositie Kustwacht BES
Artikel 10
Geldend
Geldend vanaf 10-10-2010
- Redactionele toelichting
Tekstplaatsing van het Landsbesluit rechtspositie Kustwacht, zoals gewijzigd bij het Aanpassingsbesluit openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba (27-09-2010, Stb. 366). Tijdstip iwtr.: 00.00 uur in Bonaire, Sint Eustatius en Saba. 06.00 uur in het Europese deel van Nederland.
- Bronpublicatie:
22-09-2010, Stb. 2010, 428 (uitgifte: 01-10-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
10-10-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-09-2010, Stb. 2010, 389 (uitgifte: 01-01-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Ambtenarenrecht / Aanstelling
Ambtenarenrecht / Arbeidstijden
Ambtenarenrecht / Bezoldiging
Openbare orde en veiligheid / Hulpverlening
Ambtenarenrecht / Ontslag
Ambtenarenrecht / Vergoeding
1.
Een functie waaraan de rang van matroos, volmatroos of eerste volmatroos verbonden is, wordt vervuld op basis van een tijdelijke aanstelling voor een periode van ten hoogste vijf jaar.
2.
De vereisten voor aanstelling in een rang als bedoeld in het eerste lid zijn:
het op het beoogde tijdstip van aanstelling bereikt hebben van een leeftijd van tenminste achttien en ten hoogste 25 jaar;
het bezit van ten minste een MAVO-4 of LTS-T-diploma;
het bezit van een zwemdiploma.
3.
Van het vereisten genoemd in het tweede lid, kan op voorstel van de directeur van de Kustwacht worden afgeweken.
4.
In afwijking van het gestelde in artikel 9 wordt een matroos na het voltooien van de initiële opleiding, bedoeld in artikel 13, eerste lid, bevorderd tot de rang van volmatroos. Na tenminste twee jaar functioneren in de rang van volmatroos, vindt bevordering plaats tot eerste volmatroos, tenzij het resultaat van de beoordeling dit niet toestaat.
De in het eerste lid genoemde periode kan op voordracht van de directeur van de Kustwacht eenmaal worden verlengd met maximaal eenzelfde periode, mits de leeftijd van dertig jaar niet wordt overschreden. De directeur van de Kustwacht adviseert Onze Minister over de noodzaak en gewenste duur van de verlenging.
Na ommekomst van de tijdelijke aanstelling, bedoeld in dit artikel, zal Onze Minister zich inspannen voor plaatsing van de geüniformeerde ambtenaar bij de overheid op Bonaire, Sint Eustatius of Saba.