Einde inhoudsopgave
Besluit basisveiligheidsnormen stralingsbescherming
Artikel 4.13 (controle en beheer hoogactieve bronnen)
Geldend
Geldend vanaf 06-02-2018
- Bronpublicatie:
23-10-2017, Stb. 2017, 404 (uitgifte: 07-11-2017, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
06-02-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
15-01-2018, Stb. 2018, 7 (uitgifte: 24-01-2018, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Arbeidsomstandigheden en beroepsschade
Bestuursrecht algemeen / Algemeen
Gezondheidsrecht / Individuele gezondheidszorg
Milieurecht / Straling
Openbare orde en veiligheid / Preventie
Energierecht / Energieopwekking
1.
De ondernemer zorgt ervoor dat door middel van passende tests, zoals lektests, op basis van internationale normen, de integriteit van hoogactieve bronnen door of onder toezicht van een stralingsbeschermingsdeskundige of een toezichthoudend medewerker stralingsbescherming in elk geval op de volgende momenten wordt gecontroleerd:
- a.
ten minste eenmaal per jaar, en
- b.
na elke gebeurtenis waarbij de bron of bronhouder beschadigd is of kan zijn.
2.
De ondernemer zorgt er ten aanzien van een hoogactieve bron en haar toebehoren voor dat, door of onder toezicht van een stralingsbeschermingsdeskundige of een toezichthoudend medewerker stralingsbescherming:
- a.
wordt gecontroleerd of de bron en in voorkomend geval de uitrusting die de bron bevat, feitelijk aanwezig is op de plaats waar deze wordt toegepast of is opgeslagen:
- 1°
elke drie maanden, indien de bron minder dan eens per drie maanden wordt toegepast;
- 2°
eenmaal per jaar, indien de bron een keer of meer dan een keer per drie maanden wordt toegepast;
- b.
eenmaal per jaar wordt gecontroleerd of de bron en de bronhouder nog in goede staat zijn.
3.
De ondernemer:
- a.
zorgt ervoor dat ten aanzien van elke vast opgestelde of mobiele hoogactieve bron schriftelijke instructies worden vastgesteld ter voorkoming van ongeoorloofde toegang tot de bron, verlies of diefstal van de bron of beschadiging van de bron door brand;
- b.
stelt de Autoriteit overeenkomstig artikel 6.3 onmiddellijk in kennis van verlies, diefstal, lekkage of ongeoorloofd gebruik van een bron, en
- c.
laat na elke gebeurtenis, inclusief brand, waarbij de bron beschadigd kan zijn, de integriteit van elke bron controleren en informeert de Autoriteit indien een van de genoemde omstandigheden zich heeft voorgedaan en over de genomen maatregelen.
4.
Bij verordening van de Autoriteit kunnen met het oog op een goede uitvoering nadere regels worden gesteld.