Einde inhoudsopgave
Wet strategische diensten
Artikel 26
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2012
- Bronpublicatie:
29-09-2011, Stb. 2011, 445 (uitgifte: 18-10-2011, kamerstukken: 32665)
- Inwerkingtreding
01-01-2012
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
12-10-2011, Stb. 2011, 468 (uitgifte: 28-10-2011, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Openbare orde en veiligheid / Bijzondere onderwerpen
Ondernemingsrecht / Economische ordening
1.
Degene die activiteiten verricht die bij of krachtens dit hoofdstuk verboden of zonder vergunning verboden zijn, is gehouden op zodanige wijze een administratie te voeren en de daartoe behorende gegevensdragers of de inhoud daarvan op zodanige wijze te bewaren, dat te allen tijde zijn rechten en verplichtingen uit hoofde van deze wet duidelijk blijken.
2.
Degene die activiteiten verricht die bij of krachtens dit hoofdstuk verboden of zonder vergunning verboden zijn, is gehouden de tot een administratie behorende gegevensdrager of de inhoud daarvan waarvan de raadpleging van belang kan zijn voor de toepassing van de wettelijke regelingen, gedurende ten minste zeven jaren te bewaren.
3.
De administratie moet zodanig zijn ingericht en worden gevoerd en de gegevensdragers of de inhoud daarvan moeten op zodanige wijze worden bewaard, dat het uitvoeren van de controle daarvan binnen een redelijke termijn mogelijk is.
4.
De administratie behoort te worden gevoerd in het Nederlands, Papiaments of Engels met gebruikmaking van de daarbij gebruikelijke cijfers.