Invoeringsrijkswet vereenvoudiging en digitalisering procesrecht en uitbreiding prejudiciële vragen

Geldend

Gegevens deze versie

Documentgegevens:

Bronpublicatie:: 13-07-2016, Stb. 2016, 291 (uitgifte: 21-07-2016, kamerstukken: 34237)
Inwerkingtreding: 01-03-2017
Bronpublicatie inwerkingtreding:: 25-01-2017, Stb. 2017, 17 (uitgifte: 31-01-2017, kamerstukken/regelingnummer: -)

BWB-nummer: BWBR0038345
Bronpublicatie:: 13-07-2016, Stb. 2016, 291 (uitgifte: 21-07-2016, kamerstukken: 34237)
Inwerkingtreding: 01-03-2017
Bronpublicatie inwerkingtreding:: 25-01-2017, Stb. 2017, 17 (uitgifte: 31-01-2017, kamerstukken/regelingnummer: -)
Parlementaire geschiedenis: Zie voor de behandeling in de Staten-Generaal:
Kamerstukken II 2014-2015, 2015-2016, 34237 (R 2054)
Handelingen II 2015-2016, nr. 61, item 9, p. 1
Kamerstukken I 2015-2016, 34237 (R 2054)
Handelingen I 2015-2016, nr. 37, item 3, p. 1-13; item 12, p. 1-22, zie vergadering d.d. 5 juli 2016; nr. 38, item 14, p. 1, zie vergadering d.d. 12 juli 2016
Eerste regelgevende instantie: Ministerie van Veiligheid en Justitie
Citeertitel: De citeertitel is in de regeling vastgesteld.
Afkorting(en): Rijkswet van 13 juli 2016, Stb. 291
Vakgebied(en): Burgerlijk procesrecht / Bijzondere onderwerpen
Bestuursprocesrecht / Bijzondere onderwerpen
Soort regeling: rijkswet
Werkingssfeer: Rijk incl. Nederland
Gefaseerde inwerkingtreding: Datum iwtr.: 01-03-2017
Artikel: I, III, onderdelen A, B, H en I, IV, VI, VII, lid 1 en 3, en IX
Bron: 25-01-2017, Stb. 17

Nog niet in werking:
Artikel: II, III, onderdelen C t/m G, V en VII, lid 2

Datum inwerkingtreding	Terugwerkend tot en met	Datum afkondiging	Publicatiebron	Opmerking
01-03-2017		13-07-2016	Stb. 2016, 291