Einde inhoudsopgave
Kieswet
Artikel E 12 [Leden hoofdstembureau]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2023
- Bronpublicatie:
15-06-2022, Stb. 2022, 292 (uitgifte: 13-07-2022, kamerstukken: 35489)
- Inwerkingtreding
01-01-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
22-08-2022, Stb. 2022, 341 (uitgifte: 02-09-2022, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Staatsrecht / Kiesrecht
1.
De voorzitter, plaatsvervangend voorzitter en de andere leden van het hoofdstembureau, alsmede drie plaatsvervangende leden, worden tijdig voor elke verkiezing door burgemeester en wethouders benoemd.
2.
Als lid of plaatsvervangend lid van het hoofdstembureau kan worden benoemd degene die op de dag van de stemming de leeftijd van achttien jaar heeft bereikt, met uitzondering van degene:
- a.
die op de dag van de kandidaatstelling bij onherroepelijke rechterlijke uitspraak van het kiesrecht is ontzet;
- b.
die lid of plaatsvervangend lid is van het stembureau, gemeentelijk stembureau of centraal stembureau voor de desbetreffende verkiezing;
- c.
die als lid van een hoofdstembureau bij een vorige verkiezing heeft gehandeld of een handeling heeft nagelaten in strijd met het bij of krachtens deze wet bepaalde;
- d.
die zich kandidaat heeft gesteld voor de desbetreffende verkiezing;
- e.
die gekozen lid is van het vertegenwoordigend orgaan waarvoor de verkiezing wordt gehouden.
3.
Artikel E 4, derde lid, is van overeenkomstige toepassing.