Einde inhoudsopgave
Wet op de Sociaal-Economische Raad
Artikel 21 [Immuniteit voor vervolging; vergaderingen]
Geldend
Geldend vanaf 15-02-1950
- Bronpublicatie:
27-01-1950, Stb. 1950, K 22 (uitgifte: 14-02-1950, kamerstukken: 873 )
- Inwerkingtreding
15-02-1950
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
27-01-1950, Stb. 1950, K 22 (uitgifte: 14-02-1950, kamerstukken: 873 )
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Ministerie van Financiën
Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij
Ministerie van Verkeer en Waterstaat
Ministerie van Justitie
Ministerie van Economische Zaken
Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer
Ministerie van Defensie
- Vakgebied(en)
Ondernemingsrecht / Economische ordening
Staatsrecht / Decentralisatie
Bestuursrecht algemeen / Bestuursbevoegdheden
De leden van de Raad zijn niet gerechtelijk vervolgbaar voor hetgeen zij in de vergaderingen hebben gezegd of aan haar schriftelijk hebben overgelegd.