Einde inhoudsopgave
Wet medezeggenschap op scholen
Artikel 11 Adviesbevoegdheid medezeggenschapsraad
Geldend
Geldend van 01-08-2022 tot 01-08-2025
- Bronpublicatie:
27-01-2021, Stb. 2021, 57 (uitgifte: 10-02-2021, kamerstukken: 35611)
- Inwerkingtreding
01-08-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
29-11-2021, Stb. 2021, 599 (uitgifte: 09-12-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
- Vakgebied(en)
Ambtenarenrecht / Medezeggenschap
1.
De medezeggenschapsraad wordt vooraf in de gelegenheid gesteld om advies uit te brengen over elk door het bevoegd gezag te nemen besluit met betrekking tot in ieder geval de volgende aangelegenheden:
- a.
vaststelling of wijziging van het lesrooster in het voortgezet onderwijs;
- b.
vaststelling of wijziging van de hoofdlijnen van het meerjarig financieel beleid voor de school, waaronder de voorgenomen bestemming van de middelen die door het bevoegd gezag ten behoeve van de school uit de openbare kas zijn toegekend of van anderen zijn ontvangen, met uitzondering van de middelen, bedoeld in artikel 13, eerste lid, onderdeel c en artikel 14, tweede lid, onderdeel c;
- c.
beëindiging, belangrijke inkrimping, niet zijnde een verzelfstandiging als bedoeld in artikel 84a, eerste lid, van de Wet op het primair onderwijs, of uitbreiding van de werkzaamheden van de school of van een belangrijk onderdeel daarvan, dan wel vaststelling of wijziging van het beleid ter zake;
- d.
het aangaan, verbreken of belangrijk wijzigen van een duurzame samenwerking met een andere instelling, dan wel vaststelling of wijziging van het beleid ter zake;
- e.
deelneming of beëindiging van deelneming aan een onderwijskundig project of experiment, dan wel vaststelling of wijziging van het beleid ter zake;
- f.
vaststelling of wijziging van het beleid met betrekking tot de organisatie van de school;
- g.
vaststelling of wijziging van een regeling op het gebied van aanstellings- of ontslagbeleid voor zover die vaststelling of wijziging verband houdt met de grondslag van de school of de wijziging daarvan;
- h.
aanstelling of ontslag van de schoolleiding;
- h1.
aanstelling of ontslag van de leden van het bestuur;
- i.
vaststelling of wijziging van de concrete taakverdeling binnen de schoolleiding, alsmede vaststelling of wijziging van het managementstatuut;
- j.
vaststelling of wijziging van het beleid met betrekking tot de toelating en verwijdering van leerlingen;
- k.
vaststelling of wijziging van het beleid met betrekking tot de toelating van studenten die elders in opleiding zijn voor een functie in het onderwijs;
- l.
regeling van de vakantie;
- m.
het oprichten van een centrale dienst;
- n.
nieuwbouw of belangrijke verbouwing van de school;
- o.
vaststelling of wijziging van het beleid met betrekking tot het onderhoud van de school;
- p.
vaststelling of wijziging van de wijze waarop de voorziening, bedoeld in artikel 45, tweede lid, van de Wet op het primair onderwijs, wordt georganiseerd;
- q.
vaststelling van de competentieprofielen van de toezichthouders en het toezichthoudend orgaan, alsmede van de leden van het bestuur; en
- r.
vaststelling of wijziging van het schoolondersteuningsprofiel, bedoeld in artikel 1 van de Wet op het primair onderwijs, artikel 1 van de Wet op de expertisecentra en artikel 1.1 van de Wet voortgezet onderwijs 2020.
2.
Het eerste lid, onderdeel q, is niet van toepassing op de medezeggenschapsraad van het samenwerkingsverband.