Einde inhoudsopgave
Wet basisregistratie ondergrond
Artikel 37 [Tussentijdse actualisering]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2020
- Bronpublicatie:
30-09-2015, Stb. 2015, 362 (uitgifte: 16-10-2015, kamerstukken: 33839)
- Inwerkingtreding
01-01-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
07-11-2019, Stb. 2019, 429 (uitgifte: 26-11-2019, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Ruimtelijk bestuursrecht / Algemeen
Bestuursrecht algemeen / Algemeen
Milieurecht / Bodem
1.
Indien bij de melding, bedoeld in artikel 30, tweede lid, of 31 een verzoek tot tussentijdse actualisering van het authentieke model is gedaan, verricht de maker van de authentieke modellen onmiddellijk nader onderzoek naar de melding.
2.
De maker van de authentieke modellen verstrekt de resultaten van het nader onderzoek, bedoeld in het eerste lid, uiterlijk veertien weken na ontvangst van het verzoek tot tussentijdse actualisering aan Onze Minister. Op basis van de resultaten van het nader onderzoek beslist Onze Minister zo spoedig mogelijk op het verzoek tot tussentijdse actualisering, maar niet later dan zestien weken na ontvangst van het verzoek.
3.
Indien Onze Minister beslist om aan het verzoek tot tussentijdse actualisering gevolg te geven, stelt hij de maker van de authentieke modellen daartoe een termijn.
4.
Onze Minister maakt zijn beslissing op het verzoek tot tussentijdse actualisering, bedoeld in het tweede lid, onmiddellijk bekend aan het bestuursorgaan dat of de maker van de authentieke modellen die de melding, bedoeld in artikel 30, tweede lid, of 31 heeft gedaan. De beslissing op een zodanig verzoek is een besluit.