Einde inhoudsopgave
Wet minimumbelasting 2024
Artikel 5.1 Onderbelastewinstbijheffing
Geldend
Geldend van 31-12-2023 tot 31-12-2024
- Redactionele toelichting
Vindt voor het eerst toepassing met betrekking tot verslagjaren die aanvangen op of na 31-12-2023.
- Bronpublicatie:
20-12-2023, Stb. 2023, 510 (uitgifte: 27-12-2023, kamerstukken: 36369)
- Inwerkingtreding
31-12-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-12-2023, Stb. 2023, 510 (uitgifte: 27-12-2023, kamerstukken: 36369)
- Vakgebied(en)
Minimumbelasting (V)
1.
Belastingplichtig voor de onderbelastewinstbijheffing is een in Nederland gevestigde groepsentiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, niet zijnde een beleggingsentiteit, die behoort tot een multinationale groep waarvan een of meer laagbelaste groepsentiteiten deel uitmaken en waarvan de uiteindelijkemoederentiteit is gevestigd in een lidstaat van de Europese Unie die op grond van artikel 50, eerste lid, van Richtlijn (EU) 2022/2523 ervoor heeft gekozen om de inkomen-inclusiemaatregel en de onderbelastewinstmaatregel niet toe te passen met betrekking tot verslagjaren die aanvangen voor 31 december 2029.
2.
Indien meerdere in Nederland gevestigde groepsentiteiten als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, niet zijnde beleggingsentiteiten, behoren tot een multinationale groep als bedoeld in het eerste lid, is belastingplichtig voor de onderbelastewinstbijheffing:
- a.
de in Nederland gevestigde moederentiteit waarvan het belang niet onmiddellijk of middellijk wordt gehouden door een andere in Nederland gevestigde moederentiteit; of
- b.
indien er meerdere in Nederland gevestigde moederentiteiten als bedoeld in onderdeel a zijn of er geen in Nederland gevestigde moederentiteit is: een daartoe door de groep of de inspecteur aangewezen in Nederland gevestigde groepsentiteit.
3.
Indien het tweede lid, onderdeel b, van toepassing is, wordt, al dan niet op verzoek van een in Nederland gevestigde groepsentiteit, bij voor bezwaar vatbare beschikking door de inspecteur vastgesteld welke groepsentiteit belastingplichtig is voor de onderbelastewinstbijheffing.
4.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld waaraan het verzoek, bedoeld in het derde lid, moet voldoen.
5.
De in Nederland gevestigde groepsentiteit, bedoeld in het eerste en tweede lid, is slechts belastingplichtig voor de onderbelastewinstbijheffing met betrekking tot verslagjaren die aanvangen voor 31 december 2029.