Einde inhoudsopgave
Kaderbesluit 2009/948/JBZ over het voorkomen en beslechten van geschillen over de uitoefening van rechtsmacht bij strafprocedures
Artikel 4 Vaststelling van de bevoegde autoriteiten
Geldend
Geldend vanaf 15-12-2009
- Bronpublicatie:
30-11-2009, PbEU 2009, L 328 (uitgifte: 15-12-2009, regelingnummer: 2009/948/JBZ)
- Inwerkingtreding
15-12-2009
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-11-2009, PbEU 2009, L 328 (uitgifte: 15-12-2009, regelingnummer: 2009/948/JBZ)
- Vakgebied(en)
Internationaal strafrecht / Justitiële en politionele samenwerking
1.
De lidstaten bepalen op zodanige wijze dat dit het rechtstreekse contact tussen autoriteiten bevordert, welke autoriteiten bevoegd zijn.
2.
Overeenkomstig lid 1 stelt elke lidstaat het secretariaat-generaal van de Raad in kennis van de autoriteiten die krachtens het nationale recht bevoegd zijn om in de zin van dit kaderbesluit te handelen.
3.
Niettegenstaande het bepaalde in de leden 1 en 2 kan elke lidstaat, indien zijn interne organisatie zulks vereist, één of meer centrale autoriteiten belasten met het doorzenden en administratief in ontvangst nemen van verzoeken om informatie, als bedoeld in artikel 5, en/of met het assisteren van de bevoegde autoriteiten bij het overleg. De lidstaten die gebruikmaken van de mogelijkheid om één of meer centrale autoriteiten aan te wijzen, stellen het secretariaat-generaal van de Raad hiervan in kennis.
4.
Het secretariaat-generaal van de Raad stelt de op grond van de leden 2 en 3 ontvangen informatie ter beschikking van alle andere lidstaten en van de Commissie.