Einde inhoudsopgave
Wetboek van Strafrecht
Artikel 405 [In gevaar brengen van schip of lading]
Geldend
Geldend vanaf 01-04-1991
- Bronpublicatie:
23-05-1990, Stb. 1990, 379 jo Stb. 1991, 127 (uitgifte: 01-01-1991, kamerstukken/regelingnummer: -)
23-05-1990, Stb. 1990, 379 jo Stb. 1991, 127 (uitgifte: 01-01-1990, kamerstukken: Staten-Generaal Digitaal: 19979 Overheid.nl: 19979)
- Inwerkingtreding
01-04-1991
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
04-03-1991, Stb. 1991, 100 (uitgifte: 01-01-1991, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
1.
De schipper van een Nederlands vaartuig die, buiten noodzaak en buiten voorkennis van de eigenaar of de rederij, handelingen pleegt of gedoogt, wetende dat deze het vaartuig of de zaken aan boord daarvan aan opbrenging, aanhouding of ophouding kunnen blootstellen, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste een jaar of geldboete van de derde categorie.
2.
De opvarende die, buiten noodzaak en buiten voorkennis van de schipper, met gelijke wetenschap gelijke handelingen pleegt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste negen maanden of geldboete van de derde categorie.