Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2019/4 betreffende de vervaardiging, het in de handel brengen en het gebruik van gemedicineerde diervoeders, tot wijziging van Verordening (EG) nr. 183/2005 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Richtlijn 90/167/EEG van de Raad
Artikel 7 Kruisverontreiniging
Geldend
Geldend vanaf 27-01-2019
- Bronpublicatie:
11-12-2018, PbEU 2019, L 4 (uitgifte: 07-01-2019, regelingnummer: 2019/4)
- Inwerkingtreding
27-01-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
11-12-2018, PbEU 2019, L 4 (uitgifte: 07-01-2019, regelingnummer: 2019/4)
- Vakgebied(en)
Agrarisch recht (V)
Gezondheidsrecht / Voedsel- en warenkwaliteit
Dierenrecht / Veterinair recht
Dierenrecht / Dierenwelzijn
1.
Exploitanten van diervoederbedrijven die gemedicineerde diervoeders of tussenproducten vervaardigen, opslaan, vervoeren en in de handel brengen, treffen overeenkomstig artikel 4 maatregelen om kruisverontreiniging te vermijden.
2.
De Commissie is bevoegd om overeenkomstig artikel 20 gedelegeerde handelingen vast te stellen om deze verordening aan te vullen door specifieke maximumniveaus van kruisverontreiniging vast te stellen voor werkzame stoffen in niet-doeldiervoeders, tenzij die niveaus al overeenkomstig Richtlijn 2002/32/EG worden vastgesteld. In die gedelegeerde handelingen kunnen ook analysemethoden voor werkzame stoffen in diervoeders worden beschreven.
Met betrekking tot de maximumniveaus van kruisverontreiniging zijn die gedelegeerde handelingen gebaseerd op een door de EFSA verrichte wetenschappelijke risicobeoordeling.
3.
Uiterlijk op 28 januari 2023 stelt de Commissie overeenkomstig artikel 20 gedelegeerde handelingen vast om deze verordening aan te vullen door, met betrekking tot de lijst van antimicrobiële werkzame stoffen in bijlage II, specifieke maximumniveaus van kruisverontreiniging voor werkzame stoffen in niet-doeldiervoeders en analysemethoden voor werkzame stoffen in diervoeders vast te stellen.
Met betrekking tot de maximumniveaus van kruisverontreiniging zijn die gedelegeerde handelingen gebaseerd op een door de EFSA verrichte wetenschappelijke risicobeoordeling.
4.
Voor werkzame stoffen in het diergeneesmiddel die dezelfde zijn als een stof in een toevoegingsmiddel, is het toepasselijke maximumniveau van kruisverontreiniging in niet-doeldiervoeders gelijk aan het maximumgehalte aan toevoegingsmiddel in volledig diervoeder als vastgesteld in de desbetreffende handeling van de Unie.
5.
Totdat er overeenkomstig de leden 2 en 3 maximumniveaus van kruisverontreiniging zijn vastgesteld, mogen de lidstaten nationale maximumniveaus van kruisverontreiniging toepassen.