Einde inhoudsopgave
Beleidsregels sturing van en toezicht op de Dienst Wegverkeer
Artikel 4 Procedure herbenoeming leden directie
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2013
- Bronpublicatie:
05-12-2012, Stcrt. 2012, 25331 (uitgifte: 10-12-2012, regelingnummer: IENM/BSK-2012/241281)
- Inwerkingtreding
01-01-2013
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
05-12-2012, Stcrt. 2012, 25331 (uitgifte: 10-12-2012, regelingnummer: IENM/BSK-2012/241281)
- Vakgebied(en)
Staatsrecht / Bestuur
Bestuursrecht algemeen / Toezicht
Verkeersrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
Bij de herbenoeming van een lid van de directie worden de volgende processtappen gevolgd:
- a.
de minister voert overleg met de raad van toezicht over de herbenoeming van een lid van de directie;
- b.
de raad van toezicht doet een niet bindende voordracht voor de herbenoeming van het betreffende lid van de directie;
- c.
de minister besluit tot herbenoeming van het betreffende lid van de directie of gemotiveerd tot afwijzing.
2.
Indien uit het in het eerste lid, onderdeel a, genoemde overleg blijkt dat er bij de betrokkenen onvoldoende draagvlak bestaat voor de herbenoeming, of de minister besluit tot afwijzing, wordt de procedure van artikel 3 gevolgd.