Einde inhoudsopgave
Wet op de strandvonderij
Artikel 23
Geldend
Geldend vanaf 01-01-1992
- Bronpublicatie:
25-10-1989, Stb. 1989, 492 jo Stb. 1991, 609 (uitgifte: 01-01-1991, kamerstukken/regelingnummer: -)
25-10-1989, Stb. 1989, 492 jo Stb. 1991, 609 (uitgifte: 01-01-1989, kamerstukken: Staten-Generaal Digitaal: 20503 Overheid.nl: 20503)
- Inwerkingtreding
01-01-1992
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-02-1990, Stb. 1990, 90 (uitgifte: 01-01-1990, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Justitie
- Vakgebied(en)
Goederenrecht / Eigendom, bezit en houderschap
Goederenrecht / Verkrijging en verlies
Bestuursrecht algemeen / Bijzondere onderwerpen bestuursrecht
Wij behouden Ons voor bij algemeenen maatregel van bestuur:
gemeenten of gedeelten van gemeenten aan te wijzen, waar in stede van den burgemeester een ander, door Ons te benoemen, persoon als strandvonder optreedt;
regels te stellen betreffende de den strandvonder bij artikel 11 opgelegde verplichting om een dagregister te houden en verslag uit te brengen, betreffende het door den strandvonder, met inachtneming van het bepaalde bij artikel 13, in rekening te brengen beheerloon en betreffende de inrichting van zijne bij artikel 19 bedoelde rekening en verantwoording;
de zaken te omschrijven, waarvan verkoop door den strandvonder in het openbaar belang niet of niet dan onder te bepalen voorwaarden mag geschieden;
voorschriften te geven, in acht te nemen voor het geval zaken door den strandvonder niet mogen worden verkocht dan wel onverkoopbaar blijken;
voorschriften te geven, door den strandvonder in acht te nemen met betrekking tot de redding en berging van schepen, zaken en opvarenden, behoorende tot een vreemden Staat, met welken een verdrag betreffende de in deze wet geregelde onderwerpen is gesloten;
nadere regels te stellen ter bevordering van eene goede uitvoering dezer wet.