Einde inhoudsopgave
Binnenvaartpolitiereglement
Artikel 6.01 Begripsbepalingen
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2016
- Bronpublicatie:
14-10-2015, Stb. 2015, 395 (uitgifte: 04-11-2015, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-12-2015, Stb. 2015, 524 (uitgifte: 21-12-2015, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Justitie
- Vakgebied(en)
Vervoersrecht / Binnenvaart
1.
In dit hoofdstuk wordt verstaan onder:
- a.
naderen op tegengestelde koersen: elkaar naderen van twee schepen op koersen die recht of vrijwel recht aan elkaar tegengesteld zijn;
- b.
oplopen: naderen door een schip van een ander schip uit een richting van meer dan 22°30? achterlijker dan dwars van dat schip;
- c.
voorbijlopen: manoeuvre die het gevolg is van oplopen totdat de schepen geheel vrij van elkaar zijn;
- d.
kruisende koersen: elkaar naderen van twee schepen onder zodanige hoek, dat er geen sprake is van naderen op tegengestelde koers dan wel oplopen; in geval van twijfel wordt er geacht sprake te zijn van naderen op tegengestelde koersen dan wel oplopen;
- e.
vertrekkend schip: schip dat gaat varen nadat het heeft stilgelegen of was vastgevaren;
- f.
opvarend schip: schip dat vaart in de richting van de bronnen van de rivier;
- g.
afvarend schip: schip dat vaart vanaf de richting van de bronnen van de rivier.
2.
In dit hoofdstuk worden onder een klein schip mede begrepen een sleep, een duwstel of een gekoppeld samenstel, uitsluitend uit kleine schepen bestaande, alsmede een amfibievoertuig ongeacht de afmetingen van dit voertuig en de wijze waarop dit voertuig wordt gebruikt.