Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) nr. 316/2014 toepassing artikel 101, lid 3, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op groepen overeenkomsten inzake technologieoverdracht
Artikel 2 Vrijstelling
Geldend
Geldend van 01-05-2014 tot 01-05-2026
- Bronpublicatie:
21-03-2014, PbEU 2014, L 93 (uitgifte: 28-03-2014, regelingnummer: 316/2014)
- Inwerkingtreding
01-05-2014
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
21-03-2014, PbEU 2014, L 93 (uitgifte: 28-03-2014, regelingnummer: 316/2014)
- Vakgebied(en)
Mededingingsrecht / EU-mededingingsrecht
Mededingingsrecht / Groepsvrijstellingen
1.
Overeenkomstig artikel 101, lid 3, van het Verdrag en onder de in deze verordening vastgestelde voorwaarden is artikel 101, lid 1, van het Verdrag niet van toepassing op overeenkomsten inzake technologieoverdracht.
2.
De in lid 1 bedoelde vrijstelling is van toepassing voor zover overeenkomsten inzake technologieoverdracht mededingingsbeperkingen bevatten die binnen het toepassingsgebied van artikel 101, lid 1, van het Verdrag vallen. De vrijstelling geldt zolang de in licentie gegeven technologierechten niet zijn verstreken, vervallen of nietig verklaard of, in het geval van knowhow, zolang de knowhow geheim blijft. Wanneer deze echter algemeen bekend raakt door toedoen van de licentienemer, geldt de vrijstelling voor de duur van de overeenkomst.
3.
De in lid 1 bedoelde vrijstelling is ook van toepassing op bepalingen, in overeenkomsten inzake technologieoverdracht, die betrekking hebben op de aankoop van producten door de licentienemer of op het in licentie geven of toekennen van andere intellectuele-eigendomsrechten of knowhow aan de licentienemer, indien en voor zover die bepalingen rechtstreeks verband houden met de vervaardiging of de verkoop van contractproducten.