Einde inhoudsopgave
Paspoortwet
Artikel 37
Geldend
Geldend van 01-03-2017 tot 01-03-2027
- Bronpublicatie:
10-02-2017, Stb. 2017, 53 (uitgifte: 22-02-2017, kamerstukken: 34358)
- Inwerkingtreding
01-03-2017
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
17-02-2017, Stb. 2017, 65 (uitgifte: 27-02-2017, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Afhankelijke geldigheid
Treedt tegelijk in werking met art. 3 van de Tijdelijk wet bestuurlijke maatregelen terrorismebestrijding (10-02-2017, Stb. 51).
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Justitie
Ministerie van Buitenlandse Zaken
- Vakgebied(en)
Privacy / Bijzondere onderwerpen
Staatsrecht / Nationaliteitsrecht
Internationaal publiekrecht / Diplomatiek en consulair recht
1.
Bij een aanvraag door of ten behoeve van een onder curatele gestelde, wordt een verklaring van toestemming van de curator overgelegd.
2.
Een verklaring van toestemming als bedoeld in het eerste lid behoeft niet te worden overgelegd bij de aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een vervangende Nederlandse identiteitskaart.
3.
Indien de curator weigert een verklaring van toestemming als bedoeld in het eerste lid, af te geven, kan deze op verzoek van de onder curatele gestelde worden vervangen door een verklaring van de bevoegde rechter. Deze neemt een zodanige beslissing als hem in het belang van de onder curatele gestelde wenselijk voorkomt. Daarbij kan als voorwaarde worden gesteld dat de geldigheidsduur of de territoriale geldigheid van het aangevraagde reisdocument wordt beperkt.