Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) Nr. 200/2010 ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 2160/2003 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft een doelstelling van de Unie voor het verminderen van de prevalentie van serotypen Salmonella bij volwassen vermeerderingskoppels van Gallus gallus
Aanhef
Geldend
Geldend vanaf 31-03-2010
- Bronpublicatie:
10-03-2010, PbEU 2010, L 61 (uitgifte: 11-03-2010, regelingnummer: 200/2010)
- Inwerkingtreding
31-03-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
10-03-2010, PbEU 2010, L 61 (uitgifte: 11-03-2010, regelingnummer: 200/2010)
- Vakgebied(en)
Agrarisch recht (V)
Gezondheidsrecht / Voedsel- en warenkwaliteit
(Voor de EER relevante tekst)
Verordening van de Commissie van 10 maart 2010 ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 2160/2003 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft een doelstelling van de Unie voor het verminderen van de prevalentie van serotypen Salmonella bij volwassen vermeerderingskoppels van Gallus gallus
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gelet op het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gelet op Verordening (EG) nr. 2160/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 17 november 2003 inzake de bestrijding van Salmonella en andere specifieke door voedsel overgedragen zoönoseverwekkers (1), en met name op artikel 4, lid 1, tweede alinea, en artikel 13,
Overwegende hetgeen volgt:
- (1)
Verordening (EG) nr. 2160/2003 is bedoeld om te waarborgen dat er maatregelen worden getroffen voor de detectie en de bestrijding van Salmonella en andere zoönoseverwekkers in alle stadia van productie, verwerking en distributie, in het bijzonder op het niveau van de primaire productie, teneinde de prevalentie ervan en het risico voor de volksgezondheid te verminderen.
- (2)
Krachtens Verordening (EG) nr. 2160/2003 moeten doelstellingen van de Unie worden vastgesteld voor het verminderen van de prevalentie van de in bijlage I bij die verordening opgenomen zoönoses en zoönoseverwekkers bij de in die bijlage opgenomen dierpopulaties. Voor die doelstellingen zijn in die verordening ook bepaalde voorwaarden vastgesteld.
- (3)
In bijlage I bij Verordening (EG) nr. 2160/2003 wordt verwezen naar alle serotypen Salmonella die van belang zijn voor de volksgezondheid bij vermeerderingskoppels van Gallus gallus. Deze vermeerderingskoppels kunnen een besmetting met Salmonella onder hun nakomelingen verspreiden, in het bijzonder onder koppels leghennen en slachtkuikens. Een vermindering van de prevalentie van Salmonella bij vermeerderingskoppels draagt dan ook bij tot de bestrijding van die zoönoseverwekker in eieren en vlees van de nakomelingen, die een belangrijk risico voor de volksgezondheid inhoudt.
- (4)
Verordening (EG) nr. 1003/2005 van de Commissie van 30 juni 2005 ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 2160/2003 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft een communautaire doelstelling voor het verminderen van de prevalentie van bepaalde serotypen Salmonella bij vermeerderingskoppels van Gallus gallus(2) stelt een communautaire doelstelling voor het verminderen van de prevalentie van bepaalde serotypen Salmonella bij vermeerderingskoppels van Gallus gallus vast voor een overgangsperiode die op 31 december 2009 afloopt. Tegen die datum mag het maximumpercentage volwassen vermeerderingskoppels van Gallus gallus dat nog positief is voor Salmonella enteritidis, Salmonella infantis, Salmonella hadar, Salmonella typhimurium en Salmonella virchow (de relevante Salmonella spp.) niet hoger zijn dan 1 %. Er moet bijgevolg een permanente doelstelling van de Unie worden vastgesteld voor het verminderen van de relevante Salmonella spp. na afloop van die periode.
- (5)
Verordening (EG) nr. 2160/2003 bepaalt dat bij het vastleggen van de doelstelling van de Unie rekening moet worden gehouden met de ervaring die is opgedaan in het kader van de bestaande nationale maatregelen, en met de informatie die aan de Commissie of de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) is verstrekt uit hoofde van de bestaande voorschriften van de Unie, in het bijzonder in het kader van de informatie als bedoeld in Richtlijn 2003/99/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 november 2003 inzake de bewaking van zoönoses en zoönoseverwekkers (3), en met name in artikel 5.
- (6)
Overeenkomstig Verordening (EG) nr. 2160/2003 is de EFSA over de vaststelling van de permanente doelstelling van de Unie voor vermeerderingskoppels van Gallus gallus geraadpleegd. Bijgevolg heeft het Panel voor biologische gevaren in zijn wetenschappelijk advies van 26 maart 2009 op verzoek van de Europese Commissie een kwantitatieve raming gemaakt van het effect van de vaststelling van een nieuwe doelstelling voor het verminderen van Salmonella bij vermeerderingskoppels van Gallus gallus(4). Het panel kwam tot de conclusie dat de mogelijkheid van overdracht van vermeerderingskoppels op hun nakomelingen in de productieketen van slachtkuikenvlees en eieren het grootst is voor Salmonella enteritidis en Salmonella typhimurium. Het concludeerde eveneens dat EU-bestrijdingsmaatregelen voor deze twee serotypen bij vermeerderingskoppels waarschijnlijk besmettingen met Salmonella bij productiekoppels zullen helpen bestrijden en de risico's van pluimvee voor de menselijke gezondheid zullen helpen verminderen. Volgens dat wetenschappelijk advies zijn de marginale voordelen van extra bestrijding van andere serotypen bij vermeerderingskoppels in de hele EU relatief klein: deze worden minder vaak in verband gebracht met ziekte bij de mens en houden minder risico van verticale overdracht in.
- (7)
Rekening houdend met het wetenschappelijk advies van de EFSA en met het feit dat er meer tijd nodig is om de trend van Salmonella bij koppels na de invoering van nationale bestrijdingsprogramma's te beoordelen, moet de doelstelling van de Unie voor het verminderen van Salmonella bij volwassen vermeerderingskoppels van Gallus gallus vergelijkbaar blijven met die van Verordening (EG) nr. 1003/2005.
- (8)
Om na te gaan welke vooruitgang bij de verwezenlijking van de doelstelling van de Unie is geboekt, is het nodig dat wordt voorzien in de herhaalde bemonstering van vermeerderingskoppels van Gallus gallus.
- (9)
Overeenkomstig Beschikking 2009/883/EG van de Commissie van 26 november 2009 tot goedkeuring van de door de lidstaten voor 2010 en volgende jaren ingediende jaarlijkse en meerjarenprogramma's en van de financiële bijdrage van de Gemeenschap voor de uitroeiing, bestrijding en bewaking van bepaalde dierziekten en zoönosen (5) zijn nationale bestrijdingsprogramma's goedgekeurd om de doelstelling in 2010 te realiseren. Deze programma's waren gebaseerd op de wettelijke bepalingen die bij de indiening van die programma's van toepassing waren. De programma's voor vermeerderingskoppels van Gallus gallus zijn goedgekeurd op grond van Verordening (EG) nr. 1003/2005. Daarom is er voor de reeds goedgekeurde bestrijdingsprogramma's een overgangsmaatregel nodig.
- (10)
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD: