Einde inhoudsopgave
Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers
Artikel 16 Verplichtingen verbonden aan de lening
Geldend
Geldend van 01-07-2021 tot 01-07-2027
- Bronpublicatie:
14-06-2021, Stb. 2021, 289 (uitgifte: 18-06-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-07-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-06-2021, Stb. 2021, 289 (uitgifte: 18-06-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Corona (V)
Ondernemingsrecht / Bijzondere onderwerpen
Sociale zekerheid bijstand / Algemene bijstand
1.
Onverminderd artikel 4:86 van de Algemene wet bestuursrecht legt het college in de beschikking waarmee de bijstand ter voorziening in de behoefte aan bedrijfskapitaal wordt toegekend in ieder geval vast:
- a.
de verplichting tot betaling van rente en aflossing alsmede de betalingstermijnen;
- b.
dat het bedrag van de lening terstond kan worden opgeëist:
- 1°
indien de zelfstandige de betalingsverplichting niet nakomt;
- 2°
op het moment dat de zelfstandige het bedrijf of zelfstandig beroep overdraagt of beëindigt;
- 3°
ingeval van surseance van betaling of faillissement van de zelfstandige, van één van de vennoten of leden waarmee het bedrijf of zelfstandig beroep in een samenwerkingsverband wordt uitgeoefend, of van de rechtspersoon.
2.
De verplichting tot betaling van rente en aflossing vangt aan op 1 januari 2022. In het tijdvak van 1 januari 2021 tot en met 31 december 2021 wordt geen rente opgebouwd.
3.
Het college kan aan het verlenen van de bijstand ter voorziening in de behoefte aan bedrijfskapitaal verplichtingen verbinden die zijn gericht op het verkrijgen van meerdere zekerheid voor de nakoming van de aan deze bijstand verbonden rente- en aflossingsverplichtingen.