Einde inhoudsopgave
Leidraad Invordering 2008
79.3 Faillissement, WSNP en toeslagschuld
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2024
- Bronpublicatie:
22-12-2023, Stcrt. 2023, 35664 (uitgifte: 29-12-2023, regelingnummer: 2023-260897)
- Inwerkingtreding
01-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
22-12-2023, Stcrt. 2023, 35664 (uitgifte: 29-12-2023, regelingnummer: 2023-260897)
- Vakgebied(en)
Invordering (V)
Zodra Dienst Toeslagen bekend is met het feit dat ten aanzien van een belanghebbende het faillissement is uitgesproken dan wel de wettelijke schuldsaneringsregeling van toepassing is verklaard, zullen eventuele invorderingsmaatregelen worden gestaakt en lopende betalingsregelingen worden beëindigd.
De ontvanger meldt namens Dienst Toeslagen de openstaande toeslagschuld over de periode voorafgaand aan het tijdstip van faillissement of schuldsanering, ter verificatie aan bij de curator of de bewindvoerder. Voorafgaand aan de aanmelding van de toeslagschuld blijft verrekening van die schuld met uit te betalen bedragen op basis van een voorschot achterwege.
Gedurende het faillissement of de wettelijke schuldsaneringsregeling vindt eveneens geen verrekening plaats van de aangemelde toeslagschuld met uit te betalen bedragen op basis van een verleend voorschot. Uitbetalingen met een eenmalig karakter (nabetaling van een toeslag of een teruggaaf inkomstenbelasting) kunnen wel worden verrekend indien en voor zover zij betrekking hebben op de periode gelegen vóór de datum van faillissement dan wel de toepassingverklaring van de wettelijke schuldsaneringsregeling. In het geval vóór de faillissementsuitspraak dan wel voor de uitspraak tot toepassing van de wettelijke schuldsaneringsregeling verrekening van een schuld met een voorschot of een voorlopige teruggaaf inkomstenbelasting heeft plaatsgevonden waarbij (ook) termijnen zijn verrekend die betrekking hebben op de periode na de faillissementsuitspraak respectievelijk de schuldsaneringsregeling, zal de verrekening in zoverre — namelijk voor zover de verrekening heeft plaatsgevonden met dat deel van het voorschot of de teruggaaf dat opeisbaar wordt vanaf datum faillissement of schuldsaneringsregeling — worden teruggedraaid. Dit laatste geldt ook in het geval van verrekening met termijnbedragen ingevolge een betalingsregeling als bedoeld in de artikelen 79.7 en 79.8.