Einde inhoudsopgave
Uitvoeringsverordening (EU) 2021/392 betreffende de monitoring en rapportering van gegevens met betrekking tot de CO2-emissies van personenauto's en lichte bedrijfsvoertuigen overeenkomstig Verordening (EU) 2019/631
Artikel 11 Verplichtingen in verband met de bescherming van persoonsgegevens
Geldend
Geldend vanaf 25-03-2021
- Bronpublicatie:
04-03-2021, PbEU 2021, L 77 (uitgifte: 05-03-2021, regelingnummer: 2021/392)
- Inwerkingtreding
25-03-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
04-03-2021, PbEU 2021, L 77 (uitgifte: 05-03-2021, regelingnummer: 2021/392)
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Lucht
Verkeersrecht / Voertuigeisen
1.
De volgende entiteiten die verantwoordelijk zijn voor het verzamelen van de VIN's samen met de werkelijke gegevens rechtstreeks uit de voertuigen, worden met betrekking tot de verzameling en verwerking van de VIN's beschouwd als verwerkingsverantwoordelijken voor de relevante gegevens in de zin van artikel 4, punt 7, van Verordening (EU) 2016/679:
- a)
fabrikanten in het geval van rechtstreekse gegevensoverdracht van de voertuigen naar de fabrikant;
- b)
erkende dealers of erkende reparateurs;
- c)
organen of instellingen die belast zijn met de technische controle.
Deze entiteiten zorgen ervoor dat zij voldoen aan de verplichting om de voertuigeigenaren in hun hoedanigheid van betrokkenen informatie te verstrekken, zoals bepaald in artikel 13 van die verordening.
2.
Wanneer de VIN's voor de toepassing van de artikelen 3, 9 en 10 indirect van de eigenaar van het voertuig zijn verkregen, zorgen de lidstaten en, indien van toepassing, de fabrikanten, er in hun hoedanigheid van verwerkingsverantwoordelijken voor dat zij voldoen aan de verplichting om de voertuigeigenaren informatie te verstrekken, zoals bepaald in artikel 14 van Verordening (EU) 2016/679.
3.
Het EEA en de Commissie worden met betrekking tot de verzameling en verwerking van de VIN's beschouwd als verwerkingsverantwoordelijken die binnen het toepassingsgebied van Verordening (EU) 2018/1725 vallen.
4.
De overeenkomstig de artikelen 9 en 10 van deze verordening verzamelde VIN's en werkelijke gegevens mogen niet worden gebruikt voor andere doeleinden dan die welke zijn gespecificeerd in artikel 12 van Verordening (EU) 2019/631.
5.
De overeenkomstig de artikelen 9 en 10 verzamelde VIN's en werkelijke gegevens mogen slechts gedurende de volgende perioden worden bewaard:
- a)
door fabrikanten, totdat die gegevens overeenkomstig artikel 9, lid 3, zijn gerapporteerd;
- b)
door erkende handelaren en reparateurs, totdat die gegevens overeenkomstig artikel 9, lid 2, aan de fabrikant zijn doorgegeven;
- c)
door organen en instellingen die belast zijn met de technische controle, totdat die gegevens overeenkomstig artikel 10, lid 2, aan het EEA, of aan de instantie die door de lidstaten is aangewezen om de gegevens aan het EEA te rapporteren, zijn toegezonden;
- d)
door de autoriteiten die door de lidstaten zijn aangewezen voor de rapportering van de werkelijke gegevens aan het EEA, totdat die gegevens overeenkomstig artikel 10, lid 2, zijn gerapporteerd;
- e)