Einde inhoudsopgave
Elektriciteitswet 1998
Artikel 4a
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2021
- Bronpublicatie:
01-07-2020, Stb. 2020, 262 (uitgifte: 17-07-2020, kamerstukken: 35218)
- Inwerkingtreding
01-07-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
01-04-2021, Stb. 2021, 176 (uitgifte: 09-04-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Economisch strafrecht
Energierecht (V)
1.
Onze Minister verzamelt, analyseert en bewerkt systematisch inlichtingen en gegevens met betrekking tot de leverings- en voorzieningszekerheid, in het bijzonder met betrekking tot:
- a.
het evenwicht van vraag en aanbod op de nationale markt,
- b.
het niveau van de verwachte toekomstige vraag,
- c.
de geplande of in aanbouw zijnde extra productie- en netwerkcapaciteit,
- d.
de kwaliteit en de staat van onderhoud van de netten, en
- e.
de maatregelen in geval van piekbelasting of het in gebreke blijven van een of meerdere leveranciers.
2.
Onze Minister publiceert jaarlijks uiterlijk op 31 juli op geschikte wijze een verslag van zijn bevindingen die het verzamelen, analyseren en bewerken van de inlichtingen en gegevens over de onderwerpen, genoemd in het eerste lid, heeft opgeleverd, alsmede van de getroffen of voorgenomen maatregelen met betrekking tot die onderwerpen. Hij zendt het verslag onverwijld naar de Europese Commissie en doet mededeling van het verslag in de Staatscourant.
3.
Ter uitvoering van de taak, bedoeld in het eerste lid, kunnen bij ministeriële regeling nadere regels worden gesteld omtrent:
- a.
de gegevens en inlichtingen waarvan Onze Minister kan verlangen dat zij hem worden verstrekt,
- b.
degenen van wie Onze Minister, onverminderd artikel 78, kan verlangen dat zij hem gegevens en inlichtingen verstrekken, en
- c.
de termijn waarbinnen, de wijze waarop en de vorm waarin de gegevens en inlichtingen aan Onze Minister worden verstrekt.
4.
Het verslag bedoeld in het tweede lid wordt in nauwe samenwerking met de netbeheerder van het landelijk hoogspanningsnet opgesteld die voorzover van toepassing daarover overleg pleegt met de relevante netbeheerders van aangrenzende landen. In het verslag wordt ingegaan op de algehele toereikendheid van het stroomvoorzieningsysteem en de geraamde vraag naar elektriciteit waarbij in elk geval aandacht wordt besteed aan:
- a.
de operationele netwerkveiligheid,
- b.
het geraamde evenwicht tussen aanbod en vraag in de komende vijf jaar,
- c.
de vooruitzichten inzake de elektriciteitsvoorziening voor de periode tussen vijf en vijftien jaar na de datum van verslaglegging, en
- d.
de voornemens van de netbeheerder van het landelijk hoogspanningsnet en voor zover bekend van andere partijen voor de komende vijf of meer kalenderjaren op het gebied van investeringen ter voorziening in landgrensoverschrijdende netten.
5.
Bij het onderdeel van het verslag waarin aandacht wordt besteed aan de investeringsvoornemens in landgrensoverschrijdende netten als bedoeld in het vierde lid, onderdeel d, wordt met betrekking tot die voornemens rekening gehouden met:
- a.
de beginselen van congestiebeheer, zoals vermeld in verordening 2019/943,
- b.
de bestaande en geplande transportlijnen,
- c.
verwachte patronen op het gebied van productie, levering, grensoverschrijdende handel en verbruik waarbij ruimte is voor vraagbeheersmaatregelen, en
- d.
regionale, nationale en Europese doelstellingen voor duurzame ontwikkeling met inbegrip van de projecten die zijn opgenomen in bijlage I bij Beschikking nr. 1364/2006/EG.