Einde inhoudsopgave
Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat betreffende sommige aspecten van overheidsopdrachten
Artikel 9 Dringende maatregelen
Geldend
Geldend vanaf 01-06-2002
- Bronpublicatie:
21-06-1999, PbEG 2002, L 114 (uitgifte: 30-04-2002, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-06-2002
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
21-06-1999, PbEG 2002, L 114 (uitgifte: 30-04-2002, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Aanbestedingsrecht / Europees aanbestedingsrecht
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
1.
Indien een partij van oordeel is dat de andere de krachtens deze overeenkomst op haar rustende verplichtingen niet is nagekomen of dat een wettelijke of bestuursrechtelijke bepaling dan wel een gedraging van de andere partij de voordelen die voor haar uit deze overeenkomst voortvloeien in aanzienlijke mate beperkt of dreigt te beperken en indien de partijen het niet snel eens kunnen worden over een passende vergoeding of over een andere oplossing voor het geschil, kan de gelaedeerde partij, onverminderd de andere rechten en verplichtingen die zij aan het internationale recht ontleent, de toepassing van deze overeenkomst partieel of, in voorkomend geval, volledig opschorten. In dat geval stelt zij de andere partij daarvan onverwijld in kennis. De gelaedeerde partij kan voorts overeenkomstig artikel 18, lid 3, de overeenkomst opzeggen.
2.
De draagwijdte en de geldigheidsduur van deze maatregelen blijven beperkt tot hetgeen noodzakelijk is om de situatie recht te zetten en in voorkomend geval een billijk evenwicht tussen de uit deze overeenkomst voortvloeiende rechten en plichten tot stand te brengen.