Verordening (EG) Nr. 1418/2007 betreffende de uitvoer, met het oog op terugwinning, van bepaalde in bijlage III of III A bij Verordening (EG) nr. 1013/2006 van het Europees Parlement en de Raad genoemde afvalstoffen naar bepaalde landen waarop het OESO-besluit betreffende het toezicht op de grensoverschrijdende overbrenging van afvalstoffen niet van toepassing is
Aanhef
Geldend
Geldend van 18-12-2007 tot 21-05-2027
- Bronpublicatie:
29-11-2007, PbEU 2007, L 316 (uitgifte: 04-12-2007, regelingnummer: 1418/2007)
- Inwerkingtreding
18-12-2007
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
29-11-2007, PbEU 2007, L 316 (uitgifte: 04-12-2007, regelingnummer: 1418/2007)
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Afval
(Voor de EER relevante tekst)
Verordening van de Commissie van 29 november 2007 betreffende de uitvoer, met het oog op terugwinning, van bepaalde in bijlage III of III A bij Verordening (EG) nr. 1013/2006 van het Europees Parlement en de Raad genoemde afvalstoffen naar bepaalde landen waarop het OESO-besluit betreffende het toezicht op de grensoverschrijdende overbrenging van afvalstoffen niet van toepassing is
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 1013/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 14 juni 2006 betreffende de overbrenging van afvalstoffen (1), en met name op artikel 37, lid 2, derde alinea,
Na overleg met de betrokken landen,
Overwegende hetgeen volgt:
- (1)
De Commissie heeft in overeenstemming met artikel 37, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1013/2006 een schriftelijk verzoek gezonden aan elk van de landen waarop Besluit C(2001) 107 def. van de OESO-Raad inzake de herziening van Besluit C(1992) 39 def. betreffende het toezicht op de grensoverschrijdende overbrenging van afvalstoffen bestemd voor handelingen ter nuttige toepassing niet van toepassing is, opdat zij schriftelijk bevestigen dat de in bijlage III of III A genoemde afvalstoffen waarvan de uitvoer niet is verboden krachtens artikel 36, met het oog op terugwinning vanuit de Gemeenschap naar hun land mogen worden uitgevoerd en aangeven welke controleprocedure in het land van bestemming in dat geval van toepassing is.
- (2)
Elk land werd verzocht aan te geven of het met betrekking tot die afvalstoffen had gekozen voor een verbod of voor een voorafgaande schriftelijke kennisgeving en toestemming, dan wel of het geen controle uitoefent.
- (3)
Overeenkomstig artikel 37, lid 2, eerste alinea, van Verordening (EG) nr. 1013/2006 moest de Commissie vóór de datum van toepassing van die verordening een verordening vaststellen waarin rekening werd gehouden met alle ontvangen antwoorden. De Commissie heeft Verordening (EG) nr. 801/2007(2) vastgesteld. Sinds die datum ontvangen verdere antwoorden en verduidelijkingen laten beter zien hoe met de antwoorden van de landen van bestemming rekening moet worden gehouden.
- (4)
De Commissie heeft nu antwoorden op haar schriftelijke verzoeken ontvangen van Algerije, Andorra, Argentinië, Bangladesh, Belarus, Benin, Botswana, Brazilië, Chili, China, Chinees Taipei, Costa Rica, Cuba, Egypte, Filipijnen, Georgië, Guyana, Hongkong (China), India, Indonesië, Israël, Ivoorkust, Kenia, Kirgizstan, Kroatië, Libanon, Liechtenstein, Macau (China), Malawi, Maleisië, Mali, Marokko, Moldavië, Oman, Pakistan, Paraguay, Peru, de Russische Federatie, Seychellen, Sri Lanka, Thailand, Tunesië, Vietnam en Zuid-Afrika.
- (5)
Sommige landen hebben geen schriftelijke bevestiging gestuurd dat vanuit de Gemeenschap afvalstoffen naar hen kunnen worden gestuurd met het oog op terugwinning. Overeenkomstig artikel 37, lid 2, tweede alinea, van Verordening (EG) nr. 1013/2006 moeten die landen derhalve worden geacht te hebben gekozen voor een procedure met voorafgaande schriftelijke kennisgeving en toestemming.
- (6)
Sommige landen hebben in hun antwoorden aangegeven dat zij voornemens waren controleprocedures volgens hun nationale wetgeving te volgen die afwijken van die van artikel 37, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1013/2006. Bovendien is overeenkomstig artikel 37, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1013/2006 artikel 18 van die verordening mutatis mutandis op deze overbrengingen van toepassing, tenzij voor het afval ook een procedure met voorafgaande schriftelijke kennisgeving en toestemming geldt.
- (7)
Verordening (EG) nr. 801/2007 moet dienovereenkomstig worden gewijzigd. Voor de duidelijkheid en gezien het aantal aan te brengen wijzigingen is het dienstig dat die verordening wordt ingetrokken en door deze verordening wordt vervangen. Afval dat in Verordening (EG) nr. 801/2007 beschouwd wordt als afval dat in het land van bestemming aan geen controle onderworpen is maar waarvoor krachtens deze verordening een voorafgaande kennisgeving en toestemming vereist is, moet gedurende een overgangsperiode van 60 dagen na de inwerkingtreding beschouwd blijven worden als afval dat in het land van bestemming aan geen controle onderworpen is,
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD: