Einde inhoudsopgave
Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar
Artikel 40 [In het oog houden van functioneren. Rapporteren]
Geldend
Geldend vanaf 01-06-1999
- Bronpublicatie:
11-05-1999, Stb. 1999, 197 (uitgifte: 27-05-1999, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-06-1999
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
19-05-1999, Stb. 1999, 198 (uitgifte: 01-01-1999, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Voorfase
Politierecht / Bijzondere onderwerpen
Bijzonder strafrecht / Bijzondere onderwerpen strafrecht
1.
De toezichthouder en de direct toezichthouder plegen regelmatig overleg over het functioneren van de buitengewoon opsporingsambtenaren. Zij kunnen daarbij de werkgever uitnodigen.
2.
Zij kunnen het bevoegd gezag, de meerdere of andere betrokkenen raadplegen over de uitoefening van bevoegdheden van buitengewoon opsporingsambtenaren.
3.
Zij verschaffen Onze Minister en het College van procureurs-generaal de gewenste informatie over de buitengewoon opsporingsambtenaren.