Einde inhoudsopgave
Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme
Artikel 6 [Vereenvoudigd cliëntenonderzoek]
Geldend
Geldend vanaf 25-07-2018
- Bronpublicatie:
11-07-2018, Stb. 2018, 239 (uitgifte: 24-07-2018, kamerstukken: 34808)
- Inwerkingtreding
25-07-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
11-07-2018, Stb. 2018, 240 (uitgifte: 24-07-2018, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Justitie
- Vakgebied(en)
Belastingrecht algemeen / Belastingadviseur
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Openbare orde en veiligheid / Bijzondere onderwerpen
1.
In afwijking van artikel 3, tweede tot en met vierde lid, kan een instelling een vereenvoudigd cliëntenonderzoek verrichten indien een zakelijke relatie of transactie naar haar aard een laag risico op witwassen of financieren van terrorisme met zich brengt. De instelling houdt daarbij ten minste rekening met de in bijlage II bij de vierde anti-witwasrichtlijn genoemde risicofactoren.
2.
Een instelling verzamelt aantoonbaar voldoende gegevens om te kunnen vaststellen of met betrekking tot een cliënt een vereenvoudigd cliëntenonderzoek, als bedoeld in het eerste lid, kan worden verricht.
3.
Een instelling neemt redelijke maatregelen om ervoor te zorgen dat de gegevens die ingevolge het tweede lid zijn verzameld en de daarop gebaseerde vaststelling actueel gehouden worden.
4.
Een instelling zorgt voor een toereikende controle van de transacties of de zakelijke relatie om te verzekeren dat kan worden voldaan aan het bepaalde in artikel 16.