Einde inhoudsopgave
Regeling zeevarenden
Artikel 10.9 Bemanning internationaal varend Caribisch-Nederlands schip
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2022
- Bronpublicatie:
20-08-2021, Stcrt. 2021, 38007 (uitgifte: 23-08-2021, regelingnummer: IENW/BSK-2021/216552)
- Inwerkingtreding
01-01-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-08-2021, Stcrt. 2021, 38007 (uitgifte: 23-08-2021, regelingnummer: IENW/BSK-2021/216552)
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Arbeidsomstandigheden en beroepsschade
Vervoersrecht / Zeevervoer
1.
De schipper, zijn plaatsvervanger of werktuigkundige van een Caribisch-Nederlands schip zijn, voor zover dat vereist is op grond van het bemanningscertificaat bedoeld in artikel 10.8, in het bezit van:
- a.
een geldig certificaat voor de op het bemanningscertificaat genoemde functie, afgegeven volgens hoofdstuk 10, deel A, onderdelen 1 en 2, van de SCV-Code;
- b.
een certificaat basisveiligheid;
- c.
een geldige geneeskundige verklaring van geschiktheid voor de zeevaart of een gelijkwaardige verklaring afgegeven door een andere verdragspartij in de Caribische handelszone; en
- d.
een basiscertificaat marifonie, een beperkt certificaat maritieme radiocommunicatie of een algemeen certificaat maritieme radiocommunicatie als bedoeld in artikel 12 van de Examenregeling frequentiegebruik 2008.
2.
Overige op het bemanningscertificaat genoemde bemanningsleden hebben de leeftijd van 16 jaar bereikt en zijn in het bezit van het certificaat basisveiligheid en een geldige geneeskundige verklaring van geschiktheid voor de zeevaart of een gelijkwaardige verklaring afgegeven door een andere verdragspartij.
3.
Een geldig certificaat, afgegeven door een andere verdragspartij in de Caribische handelszone volgens hoofdstuk 10, deel A, artikelen 1 en 2, van de SCV-Code, als bedoeld in het eerste lid, onderdeel a, wordt door Onze Minister vernieuwd indien de aanvrager:
- a.
met een door de scheepsbeheerder ondertekende verklaring, als bedoeld in hoofdstuk 10, deel A, artikel 13.1, van de SCV-Code, heeft aangetoond gedurende 3 jaren voorafgaand aan de vernieuwing ten minste 45 dagen te hebben dienstgedaan in een functie waarvoor het te vernieuwen certificaat is vereist, of met goed gevolg een door Onze Minister erkende training heeft afgerond voor de op het bemanningscertificaat genoemde functie die ten minste voldoet aan Annex 11, paragraaf 1 of paragraaf 2, van de SCV-Code, en
- b.
in het bezit is van een geldige geneeskundige verklaring van geschiktheid voor de zeevaart of een gelijkwaardige verklaring afgegeven door een andere verdragspartij.
4.
Een door Onze Minister afgegeven certificaat dat verloren is gegaan kan worden vervangen door een duplicaat certificaat, waarvan de einddatum overeenkomt met de einddatum op het originele document.
5.
Een certificaat of verklaring als bedoeld in het eerste lid wordt door de houder op verzoek getoond aan een ambtenaar van de Inspectie Leefomgeving of Transport alsmede aan de personen aangewezen in artikel 184 van het Wetboek van Strafvordering BES.