Einde inhoudsopgave
Paspoortuitvoeringsregeling Nederland 2001
Artikel 75 Registratie van ontvangen kennisgevingen in de basisadministratie
Geldend
Geldend vanaf 09-03-2014
- Bronpublicatie:
29-01-2014, Stcrt. 2014, 3140 (uitgifte: 04-02-2014, regelingnummer: 2014-0000054453)
- Inwerkingtreding
09-03-2014
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
29-01-2014, Stcrt. 2014, 3140 (uitgifte: 04-02-2014, regelingnummer: 2014-0000054453)
- Vakgebied(en)
Privacy / Bijzondere onderwerpen
Bestuursrecht algemeen / Toezicht
Staatsrecht / Nationaliteitsrecht
Internationaal publiekrecht / Diplomatiek en consulair recht
1.
De burgemeester of de gezaghebber die door toezending van het daartoe door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties beschikbaar gestelde formulier een kennisgeving ontvangt van:
- a.
de definitieve onttrekking aan het verkeer van een reisdocument en de uitreiking van een vervangend reisdocument, waarbij is vermeld of het oude reisdocument is ingehouden, ingeleverd of vermist, dan wel
- b.
de uitreiking van een reisdocument, waarbij definitieve onttrekking aan het verkeer van een eerder verstrekt reisdocument niet aan de orde is, dan wel
- c.
de definitieve onttrekking van een reisdocument, waarbij geen nieuw reisdocument is uitgereikt.
2.
De burgemeester of de gezaghebber die een in het eerste lid bedoelde kennisgeving ontvangt betreffende een persoon die laatstelijk ingezetene van zijn gemeente of openbaar lichaam was, bewaart deze kennisgeving als onderdeel van de basisadministratie tot het moment dat de betrokken persoon weer ingezetene van een gemeente of openbaar lichaam wordt, dan wel elf jaren zijn verstreken.
3.
De in het eerste en tweede lid bedoelde registratie vindt niet plaats, indien de feiten betrekking hebben op een nooddocument of een gevonden reisdocument.
4.
De autoriteit die ten onrechte een kennisgeving als bedoeld in het eerste lid heeft ontvangen, zendt deze door aan de burgemeester van de gemeente of de gezaghebber van het openbaar lichaam waarvan de betrokken persoon ingezetene is, of laatstelijk ingezetene was.
5.
Indien een persoon wederom ingezetene wordt, wordt een in de tussentijd gezonden kennisgeving als bedoeld in het eerste lid opgevraagd bij de burgemeester van de gemeente of de gezaghebber van het openbaar lichaam van de gemeente waarvan de betrokken persoon laatstelijk ingezetene was.