Einde inhoudsopgave
Richtlijn 96/71/EG betreffende de terbeschikkingstelling van werknemers met het oog op het verrichten van diensten
Artikel 1 Onderwerp en toepassingsgebied
Geldend
Geldend vanaf 29-07-2018
- Redactionele toelichting
Wordt toegepast vanaf 30-07-2020. Deze wijziging is van toepassing op de sector wegvervoer vanaf de datum van toepassing van een wetgevingshandeling tot wijziging van Richtlijn 2006/22/EG betreffende handhavingsvoorschriften en tot vaststelling van specifieke regels met betrekking tot Richtlijn 96/71/EG en Richtlijn 2014/67/EU voor het detacheren van bestuurders in de wegvervoerssector.
- Bronpublicatie:
28-06-2018, PbEU 2018, L 173 (uitgifte: 09-07-2018, regelingnummer: 2018/957)
- Inwerkingtreding
29-07-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
28-06-2018, PbEU 2018, L 173 (uitgifte: 09-07-2018, regelingnummer: 2018/957)
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Europees arbeidsrecht
Arbeidsrecht / Arbeidsmarktbeleid en -bemiddeling
EU-recht / Marktintegratie
-1.
Deze richtlijn waarborgt de bescherming van ter beschikking gestelde werknemers tijdens hun detachering in verband met het vrij verrichten van diensten, door het vaststellen van bindende bepalingen inzake de arbeidsvoorwaarden en bescherming van de gezondheid en veiligheid van werknemers die moeten worden geëerbiedigd.
-1 bis.
Deze richtlijn doet geenszins afbreuk aan de uitoefening van de grondrechten zoals die in de lidstaten en op Unieniveau zijn erkend, met inbegrip van het stakingsrecht of de stakingsvrijheid dan wel het recht of de vrijheid om conform de in de lidstaten bestaande specifieke stelsels van arbeidsverhoudingen andere acties te voeren overeenkomstig het nationale recht en/of de nationale praktijk. Zij doet evenmin afbreuk aan het recht om over collectieve overeenkomsten te onderhandelen, deze te sluiten en naleving ervan af te dwingen, en om collectieve actie te voeren overeenkomstig het nationale recht en/of de nationale praktijk.
1.
Deze richtlijn is van toepassing op in een Lid-Staat gevestigde ondernemingen die in het kader van transnationale dienstverrichtingen, overeenkomstig lid 3, werknemers ter beschikking stellen op het grondgebied van een Lid-Staat.
2.
Deze richtlijn is niet van toepassing op het zeevarend personeel van koopvaardijondernemingen.
3.
Deze richtlijn is van toepassing voor zover de in lid 1 bedoelde ondernemingen een van de volgende transnationale maatregelen nemen:
- a)
een werknemer voor hun rekening en onder hun leiding op het grondgebied van een Lid-Staat ter beschikking stellen, in het kader van een overeenkomst tussen de onderneming van herkomst en de ontvanger van de dienst die in deze Lid-Staat werkzaam is, voor zover er gedurende de periode van terbeschikkingstelling een dienstverband tussen de onderneming van herkomst en de werknemer bestaat, of
- b)
een werknemer op het grondgebied van een Lid-Staat ter beschikking stellen van een vestiging of een tot hetzelfde concern behorende onderneming, voor zover er gedurende de periode van terbeschikkingstelling een dienstverband tussen de onderneming van herkomst en de werknemer bestaat, of
- c)
als uitzendbedrijf of als onderneming van herkomst, een werknemer detacheren bij een inlenende onderneming die op het grondgebied van een lidstaat gevestigd is of actief is, voor zover er gedurende de periode van detachering een dienstverband tussen het uitzendbureau of de onderneming van herkomst en de werknemer bestaat.
Indien een werknemer die ter beschikking is gesteld door een uitzendbedrijf of onderneming van herkomst aan een inlenende onderneming als bedoeld in punt c), werk moet uitvoeren in het kader van de transnationale dienstverrichting in de zin van punt a), b) of c), door de inlenende onderneming op het grondgebied van een andere lidstaat dan de lidstaat waar de werknemer gewoonlijk werkt voor hetzij het uitzendbedrijf of de onderneming van herkomst, hetzij de inlenende onderneming, wordt de werknemer geacht op het grondgebied van die lidstaat ter beschikking te zijn gesteld door het uitzendbedrijf of de onderneming van herkomst waarmee de werknemer een dienstverband heeft. Het uitzendbedrijf of de onderneming van herkomst wordt beschouwd als een onderneming als bedoeld in lid 1 en leeft de toepasselijke bepalingen van deze richtlijn en Richtlijn 2014/67/EU van het Europees Parlement en van de Raad (1) onverkort na.
De inlenende onderneming informeert het uitzendbureau of de onderneming van herkomst dat/die een werknemer ter beschikking heeft gesteld, tijdig en voor de aanvang van het in de tweede alinea, bedoelde werk.
4.
Ondernemingen die gevestigd zijn in een land dat geen Lid-Staat is, mogen geen gunstiger behandeling krijgen dan in een Lid-Staat gevestigde ondernemingen.
Voetnoten
Richtlijn 2014/67/EU van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 inzake de handhaving van Richtlijn 96/71/EG betreffende de terbeschikkingstelling van werknemers met het oog op het verrichten van diensten en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1024/2012 betreffende de administratieve samenwerking via het Informatiesysteem interne markt („de IMI-verordening”) Voor de EER relevante tekst (PB L 159 van 28.5.2014, blz. 11).