Einde inhoudsopgave
Wet politiegegevens
Artikel 34 (privacyfunctionaris)
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2019
- Bronpublicatie:
17-10-2018, Stb. 2018, 401 (uitgifte: 12-11-2018, kamerstukken: 34889)
- Inwerkingtreding
01-01-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
06-12-2018, Stb. 2018, 495 (uitgifte: 24-12-2018, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Ministerie van Defensie
- Vakgebied(en)
Politierecht / Algemeen
Informatierecht / ICT-recht
Openbare orde en veiligheid / Algemeen
1.
De verwerkingsverantwoordelijke benoemt een of meer privacyfunctionarissen. De privacyfunctionaris dient de verwerkingsverantwoordelijke en de personen die voor de verwerkingsverantwoordelijke werkzaam zijn van advies en ziet namens de verwerkingsverantwoordelijke toe op de verwerking van politiegegevens overeenkomstig het bij of krachtens de wet bepaalde.
2.
De privacyfunctionaris houdt een overzicht bij van de schriftelijke vastlegging van de gegevens, bedoeld in artikel 32, eerste lid.
3.
De privacyfunctionaris stelt jaarlijks een verslag op van zijn bevindingen.