Einde inhoudsopgave
Leidraad Invordering 2008
73.6.8 Gevolgen dwangakkoord
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2024
- Bronpublicatie:
22-12-2023, Stcrt. 2023, 35664 (uitgifte: 29-12-2023, regelingnummer: 2023-260897)
- Inwerkingtreding
01-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
22-12-2023, Stcrt. 2023, 35664 (uitgifte: 29-12-2023, regelingnummer: 2023-260897)
- Vakgebied(en)
Invordering (V)
Als de rechter in het kader van een wettelijke schuldsanering een dwangakkoord oplegt aan de gezamenlijke schuldeisers, lijdt de ontvanger het deel van de belastingschuld dat onvoldaan blijft oninbaar.
Aangezien de ontvanger niet heeft ingestemd met het akkoord, verleent hij geen kwijtschelding. De belastingvorderingen die resteren na het dwangakkoord blijven als natuurlijke verbintenissen over.
Belastingteruggaven met een dagtekening gelegen na de datum van het akkoord die betrekking hebben op een periode vóór de uitspraak van de toepassing van de wettelijke schuldsaneringsregeling, zal de ontvanger in beginsel niet verrekenen met de vorderingen die tot een natuurlijke verbintenis zijn getransformeerd. De ontvanger verrekent deze belastingteruggaven alleen als het in de gegeven omstandigheden naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar zou zijn de belastingteruggaaf niet te kunnen verrekenen. Daarvan is in ieder geval sprake als de vordering van de ontvanger en de belastingteruggaaf zien op dezelfde belasting en hetzelfde tijdvak.