Einde inhoudsopgave
Regeling informatie-uitwisseling bovengrondse en ondergrondse netten en netwerken
Artikel 4
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2019
- Bronpublicatie:
05-12-2018, Stcrt. 2018, 68073 (uitgifte: 07-12-2018, regelingnummer: WJZ/18280633)
- Inwerkingtreding
01-01-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
05-12-2018, Stcrt. 2018, 68073 (uitgifte: 07-12-2018, regelingnummer: WJZ/18280633)
- Vakgebied(en)
Informatierecht / Telecommunicatie
Ruimtelijk bestuursrecht / Grondexploitatie
Informatierecht / Bijzondere onderwerpen
Informatierecht / ICT
1.
Van de verplichtingen van de artikelen 6, tweede lid, en 11, eerste lid, van de wet is de beheerder vrijgesteld die een net beheert dat geheel of grotendeels is gelegen in grond die geen openbare grond is in de zin van artikel 1.1 van de Telecommunicatiewet en mits die grond door hem wordt gebruikt krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht.
2.
Het eerste lid is niet van toepassing ten aanzien van:
- a.
een net dat een aansluiting heeft ten behoeve van derden, niet zijnde ondernemingen die deel uitmaken van een groep in de zin van artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek waarvan ook de beheerder deel uitmaakt;
- b.
een net met een gevaarlijke inhoud of een net met de functie gas hoge druk, petrochemie, chemie, landelijk hoogspanningsnet, hoogspanning of warmte, zoals omschreven in de thema’s van de waardelijst van het IMKL;
- c.
een net dat onderdeel is van een netwerk in de zin van de wet.