Einde inhoudsopgave
Uitvoeringswet internationale kinderontvoering
Artikel 10 [Verwittigen van de feitelijke verzorger]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2012
- Bronpublicatie:
10-11-2011, Stb. 2011, 530 (uitgifte: 18-11-2011, kamerstukken: 32358)
- Inwerkingtreding
01-01-2012
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
10-11-2011, Stb. 2011, 530 (uitgifte: 18-11-2011, kamerstukken: 32358)
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Internationaal privaatrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
De centrale autoriteit stelt de persoon bij wie het ontvoerde kind verblijft bij aangetekende brief in kennis van het verzoek tot teruggeleiding en de gronden waarop het berust. Zij geeft in deze mededeling tevens kennis van de mogelijkheid dat een verzoek tot afgifte van een rechterlijk bevel tot teruggeleiding kan worden ingediend, indien niet binnen een door haar te stellen redelijke termijn vrijwillig aan dat verzoek is voldaan.
2.
De centrale autoriteit kan de in het voorafgaande lid bedoelde mededeling achterwege laten, indien naar haar oordeel in verband met de omstandigheden van het geval de uiterste spoed geboden is of de vrijwillige medewerking van degene bij wie het kind verblijft niet is te verwachten.