Einde inhoudsopgave
Wet financiën openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba
Artikel 72
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2011
- Redactionele toelichting
Tijdstip iwtr.: 00.00 uur in Bonaire, Sint Eustatius en Saba. 05.00 uur in het Europese deel van Nederland.
- Bronpublicatie:
17-05-2010, Stb. 2010, 365 (uitgifte: 01-10-2010, kamerstukken: 31958)
- Inwerkingtreding
01-01-2011
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
16-12-2010, Stb. 2010, 831 (uitgifte: 24-12-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Financiën
- Vakgebied(en)
Belastingrecht algemeen (V)
Overheidsfinanciën / Begroting
Bestuursrecht algemeen / Bestuursbevoegdheden
Staatsrecht / Staatsinrichting
1.
Na afloop van een in de belastingverordening te bepalen termijn, die ten minste 24 uren bedraagt nadat het aanslagbiljet aan de belastingschuldige is uitgereikt dan wel nadat het aanslagbiljet, overeenkomstig artikel 71, achtste lid, aan het voertuig is aangebracht, is de in artikel 67, tweede lid, onderdeel c, bedoelde eilandambtenaar bevoegd het voertuig naar een door hem aangewezen plaats te doen overbrengen en in bewaring te doen stellen. Ter zake van de in de eerste volzin bedoelde overbrenging en bewaring wordt procesverbaal opgemaakt en worden kosten in rekening gebracht.
2.
De in artikel 67, tweede lid, onderdeel c, bedoelde eilandambtenaar draagt er zorg voor dat in een daartoe aangelegd register aantekening wordt gemaakt van de gevallen waarin de in het eerste lid bedoelde bevoegdheid wordt uitgeoefend.
3.
De in artikel 67, tweede lid, onderdeel c, bedoelde eilandambtenaar draagt zorg voor de bewaring van de ingevolge het eerste lid in bewaring gestelde voertuigen.
4.
De in artikel 67, tweede lid, onderdeel c, bedoelde eilandambtenaar geeft het voertuig terug aan de rechthebbende, nadat de naheffingsaanslag, en de kosten van overbrenging en bewaring zijn voldaan.
5.
Wanneer het voertuig binnen 48 uren na het in bewaring stellen niet is afgehaald, geeft de in artikel 67, tweede lid, onderdeel c, bedoelde eilandambtenaar zo mogelijk binnen zeven dagen van de overbrenging en bewaring kennis:
- a.
indien het voertuig een motorrijtuig is ter zake waarvan motorrijtuigenbelasting wordt geheven, aan degene die ter zake van dat motorrijtuig belastingplichtig is voor de motorrijtuigenbelasting;
- b.
indien blijkt dat ter zake van het voertuig aangifte van vermissing is gedaan, aan degene die aangifte heeft gedaan;
- c.
in nader door Onze Minister te bepalen gevallen op de daarbij aangegeven wijze.
6.
De kosten van opsporing van degene aan wie de kennisgeving wordt gezonden en die van het doen van de kennisgeving worden voor de toepassing van dit artikel gerekend tot de kosten van overbrenging en bewaring.
7.
Wanneer het voertuig binnen drie maanden na het in bewaring stellen niet is afgehaald, is de in artikel 67, tweede lid, onderdeel c, bedoelde eilandambtenaar bevoegd het te verkopen of, indien verkoop naar hun oordeel niet mogelijk is, het voertuig om niet aan een derde in eigendom over te dragen of te laten vernietigen. Gelijke bevoegdheid heeft de in artikel 67, tweede lid, onderdeel c, bedoelde eilandambtenaar ook binnen die termijn, zodra het gezamenlijke bedrag van de naheffingsaanslag en de kosten van overbrenging en bewaring, vermeerderd met de voor de verkoop, de eigendomsoverdracht om niet of de vernietiging geraamde kosten, in verhouding tot de waarde van het voertuig naar zijn mening onevenredig hoog zou worden. Verkoop, eigendomsoverdracht om niet of vernietiging vindt niet plaats binnen twee weken nadat de kennisgeving als bedoeld in het vijfde lid is uitgegaan. Voor de toepassing van de volgende leden worden de kosten van verkoop, eigendomsoverdracht om niet of vernietiging gerekend tot de kosten van overbrenging en bewaring.
8.
Gedurende drie jaren na het tijdstip van de verkoop heeft degene, die op dat tijdstip eigenaar was, recht op de opbrengst van het voertuig, met dien verstande dat eerst de kosten van het bewaren van het voertuig en vervolgens de naheffingsaanslag met die opbrengst worden verrekend. Na het verstrijken van die termijn vervalt het eventueel batige saldo aan het openbaar lichaam.
9.
In de belastingverordening wordt bepaald tot welke bedragen de kosten van het overbrengen en bewaren van het voertuig in rekening worden gebracht. Bij algemene maatregel van bestuur kunnen regels gesteld worden met betrekking tot de wijze van berekening van die kosten.
10.
De in artikel 67, tweede lid, onderdeel c, bedoelde eilandambtenaar stelt het bedrag van de in rekening te brengen kosten vast bij voor bezwaar vatbare beschikking.
11.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels gesteld worden omtrent de overbrenging, bewaring, verkoop, eigendomsoverdracht om niet en vernietiging, het inrichten en aanhouden van het in het tweede lid bedoelde register, alsmede omtrent hetgeen verder voor de uitvoering van dit artikel wenselijk is.
12.
Indien aantoonbaar is dat tijdens de overbrenging en bewaring schade aan het voertuig is toegebracht, is het openbaar lichaam gehouden deze schade te vergoeden.