Einde inhoudsopgave
Wet belastingen op milieugrondslag
Artikel 26 [Tijdstip belastingverschuldigdheid]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2019
- Redactionele toelichting
Tot 01-01-2022 wordt deze wijziging niet toegepast t.a.v. de overbrenging van afvalstoffen uit Nederland met toepassing van een ingevolge Verordening (EG) nr. 1013/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 14 juni betreffende de overbrenging van afvalstoffen (PbEU 2006, L 190) bij beschikking verleende toestemming tot overbrenging van afvalstoffen uit Nederland die is verleend vóór 25-10-2018.
- Bronpublicatie:
19-12-2018, Stb. 2017, 517 jo Stb. 2018, 507 (uitgifte: 28-12-2018, kamerstukken: 35027)
20-12-2017, Stb. 2017, 517 jo Stb. 2018, 507 (uitgifte: 28-12-2017, kamerstukken: 34785)
- Inwerkingtreding
01-01-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
19-12-2018, Stb. 2018, 513 (uitgifte: 28-12-2018, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer
- Vakgebied(en)
Milieubelastingen / Algemeen
Milieubelastingen / Afvalstoffenbelasting
De belasting wordt verschuldigd op het tijdstip waarop:
- a.
de afvalstoffen ter verwijdering worden afgegeven; dan wel
- b.
de afvalstoffen binnen de inrichting waarin deze afvalstoffen zijn ontstaan, worden verwijderd; dan wel
- c.
de geldigheidsduur van de beschikking, houdende toestemming tot overbrenging, is verlopen, en zes kalendermaanden zijn verstreken sinds de maand waarin de verklaring, bedoeld in artikel 16, onderdeel e, van de EVOA, is ontvangen, dan wel ontvangen had moeten zijn, voor alle afvalstoffen die met toepassing van de toestemming zijn overgebracht uit Nederland.