Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) nr. 575/2013 betreffende prudentiële vereisten voor kredietinstellingen en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012
Artikel 478 Toepasselijke percentages voor aftrekkingen van de tier 1-kernkapitaal-, aanvullend-tier 1- en tier 2-bestanddelen
Geldend
Geldend vanaf 28-06-2013
- Redactionele toelichting
Gecorrigeerd via een rectificatie (PbEU 2013, L 208).
- Bronpublicatie:
26-06-2013, PbEU 2013, L 176 (uitgifte: 27-06-2013, regelingnummer: 575/2013)
- Inwerkingtreding
28-06-2013
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
26-06-2013, PbEU 2013, L 176 (uitgifte: 27-06-2013, regelingnummer: 575/2013)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
Voor de toepassing van artikel 468, lid 4, artikel 469, lid 1, punten a) en c), artikel 474, punt a), en artikel 476, punt a), valt het toepasselijke percentage binnen het volgende bereik:
- a)
20 % tot 100 % gedurende de periode vanaf 1 januari 2014 tot en met 31 december 2014;
- b)
40 % tot 100 % gedurende de periode van 1 januari 2015 tot en met 31 december 2015;
- c)
60 % tot 100 % gedurende de periode van 1 januari 2016 tot en met 31 december 2016;
- d)
80 % tot 100 % gedurende de periode van 1 januari 2017 tot en met 31 december 2017.
2.
In afwijking van lid 1 valt, voor de in artikel 36, lid 1, onder c), bedoelde bestanddelen die vóór 1 januari 2014 bestonden, het voor de toepassing van artikel 469, lid 1, onder c), toepasselijke percentage binnen het volgende bereik:
- a)
0 % tot 100 % gedurende de periode vanaf 1 januari 2014 tot 31 december 2014;
- b)
10 % tot 100 % gedurende de periode vanaf 1 januari 2015 tot 31 december 2015;
- c)
20 % tot 100 % gedurende de periode vanaf 1 januari 2016 tot 31 december 2016;
- d)
30 % tot 100 % gedurende de periode vanaf 1 januari 2017 tot 31 december 2017;
- e)
40 % tot 100 % gedurende de periode vanaf 1 januari 2018 tot 31 december 2018;
- f)
50 % tot 100 % gedurende de periode vanaf 1 januari 2019 tot 31 december 2019;
- g)
60 % tot 100 % gedurende de periode vanaf 1 januari 2020 tot 31 december 2020;
- h)
70 % tot 100 % gedurende de periode vanaf 1 januari 2021 tot 31 december 2021;
- i)
80 % tot 100 % gedurende de periode vanaf 1 januari 2022 tot 31 december 2022;
- j)
90 % tot 100 % gedurende de periode vanaf 1 januari 2023 tot 31 december 2023.
3.
De bevoegde autoriteiten bepalen een toepasselijk percentage, dat zij vervolgens ook bekendmaken, in het in de leden 1 en 2 gespecificeerde bereik voor de volgende aftrekkingen:
- a)
de individuele aftrekkingen voorgeschreven in artikel 36, lid 1, punten a) tot en met h), met uitzondering van uitgestelde belastingvorderingen die op toekomstige winstgevendheid berusten en voortvloeien uit tijdelijke verschillen;
- b)
het overeenkomstig artikel 48 af te trekken totale bedrag van de uitgestelde belastingvorderingen die op toekomstige winstgevendheid berusten en voortvloeien uit tijdelijke verschillen en de in artikel 36, lid 1, punt i), bedoelde bestanddelen;
- c)
iedere aftrekking voorgeschreven in artikel 56, punten b), c) en d);
- d)
iedere aftrekking voorgeschreven in artikel 66, punten b), c) en d).