Einde inhoudsopgave
Wet bescherming Antarctica
Artikel 25e
Geldend
Geldend vanaf 29-01-2015
- Bronpublicatie:
26-04-2012, Stb. 2014, 159 (uitgifte: 30-04-2014, kamerstukken: 32869)
- Inwerkingtreding
29-01-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
19-01-2015, Stb. 2015, 21 (uitgifte: 28-01-2015, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij
- Vakgebied(en)
Natuurbeschermingsrecht / Gebiedsbescherming
Milieurecht / Bijzondere onderwerpen
1.
In dit artikel wordt verstaan onder:
- a.
BTR: bijzondere trekkingsrechten zoals omschreven door het Internationaal Monetair Fonds;
- b.
schip: vaartuig, ongeacht het type, dat in het mariene milieu wordt ingezet, met inbegrip van draagvleugelboten, luchtkussenvaartuigen, afzinkbare vaartuigen, drijvend materieel en vaste of drijvende platforms;
- c.
tonnage: brutotonnage berekend overeenkomstig de voorschriften voor de berekening van de tonnage vervat in Bijlage I van het op 23 juni 1969 te Londen tot stand gekomen Internationaal Verdrag betreffende de meting van schepen, 1969 (Trb. 1970, 122).
2.
Het maximumbedrag waarvoor de organisator ingevolge artikel 25c, eerste en tweede lid, aansprakelijk is, bedraagt, behoudens wijziging overeenkomstig de procedure, bedoeld in artikel 9, vierde lid, van bijlage VI bij het Protocol:
- a.
indien bij het tot een milieubedreigende noodsituatie leidende voorval een schip betrokken is:
- 1°
voor een schip met een tonnage van ten hoogste 2000 ton, een miljoen BTR;
- 2°
voor een schip met een tonnage boven 2000 ton, het volgende bedrag in aanvulling op het in onderdeel 1° bedoelde bedrag:
- –
voor elke ton van 2001 tot en met 30.000 ton, 400 BTR;
- –
voor elke ton van 30.001 tot en met 70.000 ton, 300 BTR;
- –
voor elke ton boven 70.000 ton, 200 BTR.
- b.
indien bij het tot een milieubedreigende noodsituatie leidende voorval geen schip betrokken is, drie miljoen BTR.
3.
Indien bij het tot een milieubedreigende noodsituatie leidende voorval een schip is betrokken, doen de artikelen 25c, 25d en 25e geen afbreuk aan:
- a.
de aansprakelijkheid of het recht tot beperking van de aansprakelijkheid ingevolge elk toepasselijk internationaal verdrag inzake beperking van aansprakelijkheid, of
- b.
de uitsluiting van de toepassing van de in een dergelijk verdrag bedoelde beperkingen ten aanzien van bepaalde vorderingen, indien er, overeenkomstig het betreffende verdrag, daartoe een voorbehoud is gemaakt,
mits de van toepassing zijnde maximumbedragen ten minste even hoog zijn als bepaald overeenkomstig het eerste lid, onder a.
4.
De aansprakelijkheid is niet beperkt, indien de milieubedreigende noodsituatie het gevolg is van:
- a.
het handelen of nalaten van de organisator met de opzet een dergelijke noodsituatie te veroorzaken, of
- b.
roekeloosheid van de organisator in de wetenschap dat een dergelijke noodsituatie daarvan het resultaat zou kunnen zijn.
5.
Een wijziging als bedoeld in het tweede lid, geldt met ingang van een tijdstip dat in de Staatscourant bekend wordt gemaakt.