Einde inhoudsopgave
Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Zwitserse Bondsstaat tot het vermijden van dubbele belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen en het voorkomen van het ontduiken en ontwijken van belasting
Artikel 2 Belastingen waarop het Verdrag van toepassing is
Geldend
Geldend vanaf 09-11-2011
- Bronpublicatie:
26-02-2010, Trb. 2010, 98 (uitgifte: 24-03-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
09-11-2011
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
10-11-2011, Trb. 2011, 224 (uitgifte: 10-11-2011, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal belastingrecht (V)
Internationaal belastingrecht / Voorkoming van dubbele belasting
Internationaal belastingrecht / Belastingverdragen
1.
Dit Verdrag is van toepassing op belastingen naar het inkomen die, ongeacht de wijze van heffing, worden geheven ten behoeve van een Verdragsluitende Staat of van de staatkundige onderdelen of plaatselijke publiekrechtelijke lichamen daarvan.
2.
Als belastingen naar het inkomen worden beschouwd alle belastingen die worden geheven naar het gehele inkomen of naar bestanddelen van het inkomen, waaronder begrepen belastingen naar voordelen verkregen uit de vervreemding van roerende goederen of onroerende zaken, belastingen naar het totale bedrag van de door ondernemingen betaalde lonen of salarissen, alsmede belastingen naar waardevermeerdering.
3.
De bestaande belastingen waarop het Verdrag van toepassing is, zijn met name:
- a.
in Nederland:
- —
de inkomstenbelasting;
- —
de loonbelasting;
- —
de vennootschapsbelasting, daaronder begrepen het aandeel van de Regering in de nettowinsten behaald met de exploitatie van natuurlijke rijkdommen geheven krachtens de Mijnbouwwet;
- —
de dividendbelasting;
(hierna te noemen: ‘Nederlandse belasting’);
- b.
in Zwitserland:
- —
de belastingen van de Bondsstaat, de kantons en de gemeenten naar het inkomen (gehele inkomen, opbrengst van arbeid, opbrengst van vermogen, nijverheids- en handelsvoordelen, vermogenswinsten en andere bestanddelen van het inkomen);
(hierna te noemen: ‘Zwitserse belasting’).
4.
Het Verdrag is ook van toepassing op alle gelijke of in wezen gelijksoortige belastingen die na de datum van ondertekening van het Verdrag naast of in de plaats van de bestaande belastingen worden geheven. De bevoegde autoriteiten van de Verdragsluitende Staten doen elkaar mededeling van alle wezenlijke wijzigingen die in hun belastingwetgevingen zijn aangebracht.
5.
Het Verdrag is niet van toepassing op belastingen geheven aan de bron ter zake van loterijprijzen.